Laatste nieuws
Marieke van Twillert
Marieke van Twillert
2 minuten leestijd
Nieuws

Zorgcoördinatie en nazorg kan beter in Nederland

1 reactie

Gebrekkige informatieoverdracht tussen zorg thuis, het ziekenhuis, eerstelijnsverblijf en langdurige zorg maken dat Nederland in internationaal opzicht achterblijft, althans wat betreft de ervaringen van 65-plussers met zorgcoördinatie en nazorg.

Dat is een van de bevindingen in een internationale vergelijking tussen elf westerse landen door IQ Healthcare, die in 2017 is uitgevoerd. Gekeken is naar Nederland ten opzichte van Duitsland, Verenigd Koninkrijk, Frankrijk, Noorwegen, Zwitserland, Zweden, VS, Canada, Australië, Nieuw-Zeeland. Er zijn 22.183 mensen van 65 jaar en ouder geïnterviewd, onder wie 750 mensen uit Nederland. Het rapport is eind vorige week aangeboden door minister De Jonge van VWS aan de Tweede Kamer.

Nederland heeft nog altijd een koploperspositie wat betreft de toegankelijkheid van zorg, zowel huisarts als specialist is goed bereikbaar – ook buiten kantoortijd. Nederland heeft bovendien het hoogste percentage (98%) van inwoners met een vaste huisarts.

Maar er is ook ruimte voor verbetering, zegt minister De Jonge in de begeleidende Kamerbrief. Hij noemt met name de zorg voor chronisch zieken. Slechts 45 procent van de ouderen met ten minste één chronische aandoening gaf aan dat hij een behandelplan had. Alleen in Zweden lag dit aandeel lager. Ook de (val)preventie en gezondheidsbevordering kan beter. Respectievelijk 24 en 37 procent van de respondenten hadden de afgelopen twee jaar gesproken met hun huisarts of andere zorgverlener over gezond dieet/voeding en lichaamsbeweging; hiermee scoren Nederlandse artsen lager dan in alle andere landen.

Opvallend, als het gaat om de Nederlandse huisartsen, is dat deze voldoende tijd nemen om zaken op een begrijpelijke manier uit te leggen. Slechts Nieuw-Zeelandse artsen doen dat nog net iets beter (77%). Maar, puntje van aandacht: slechts 36 procent van de ondervraagden gaf aan dat hun huisarts hen aanmoedigde om zelf vragen te stellen. Alleen in Noorwegen en Zweden lag dit aandeel lager.

Met verwijzing naar de ‘zorgcoördinatie en nazorg’ zien de onderzoekers een belangrijke rol voor huisartsen. Tegelijk valt hun op dat zij verder van de ziekenhuispraktijk staan dan vroeger, bovendien hebben zij beperkte tijd voor zorgcoördinatie.

Nederland scoort overigens volgens dit onderzoek gemiddeld als het gaat om eenzaamheid: 17 procent. Dit is een veel lager getal dan uit recent onderzoek bleek van Gezondheidsmonitor Volwassenen. De cijfers in Nederland worden gemeten met een ‘specifieke eenzaamheidsschaal’, wat volgens de onderzoekers een mogelijke verklaring van het verschil kan zijn.

Lees ook:

Nieuws VWS Europa
  • Marieke van Twillert

    Marieke van Twillert is sinds eind 2015 journalist bij Medisch Contact. Arbeidsmarkt en internationale gezondheidszorg hebben haar speciale aandacht, maar ze volgt ook het levenseindedebat, medische technologie en internationale gezondheid. Marieke is een van de presentatoren van MC de Podcast en schrijft geregeld een bijdrage voor de rubriek Media en Cultuur.  

Op dit artikel reageren inloggen
Reacties
  • W.J. Duits

    Bedrijfsarts, Houten

    Op zich een aparte ontwikkeling in een tijd van computers en hoogontwikkelde communicatiemiddelen. In de tijd van de brief en mondelinge overdrachten tussen huisartsen en wijkverpleegkundigen, leek dit probleem minder aanwezig te zijn. De huisarts gi...ng in die tijd langs bij de patiënt als die net uit het ziekenhuis was ontslagen, om te kijken of alles wel goed ging. De patiënt had vaak de overdrachtsbrief van de behandelaar dan meegekregen om af te geven bij de huisarts.
    Maar dat zal wel weer inefficiënt zijn, of past niet in een DBC. Het gaf de huisarts wel de gelegenheid te kijken of alles wel goed verliep.
    Hoe kun je in deze tijd iets coördineren, als je de patiënt niet hebt gezien? Of hoe kun je iets coördineren als je met verschillende zorgaanbieders hebt te maken voor wijkverpleging en thuiszorg?
    Het is aan te bevelen dat de minister eens gaat kijken naar de voorwaarden die nodig zijn voor een goede ketenzorg. Het zou me niets verbazen dat de uitkomst is dat de huidige zorg niet meer te coördineren is, omdat het aanbod te versnipperd is en ook de aansturing in te veel verschillende handen is neergelegd. Kortom, de huidige zorg is geen geoliede machine, maar een Poolse Landdag.

 

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.