Laatste nieuws
samenwerking

Waarom ziekenhuizen de AAA-norm niet halen

Plaats een reactie

Het aantal electieve aneurysmata van de abdominale aortae, AAA-ingrepen, dat ziekenhuizen uitvoeren varieert sterk. Dat stelt onderzoeksbureau MediQuest aan de hand van een analyse.
In 2013 voerden 68 ziekenhuizen electieve AAA-ingrepen uit. Volgens de volumenorm voor deze ingrepen moeten ziekenhuizen er minimaal twintig per jaar uitvoeren. Het St. Antonius Ziekenhuis in Nieuwegein, het UMC Utrecht en Isala in Zwolle deden in 2013 respectievelijk 131, 130 en 125 electieve AAA-ingrepen.

Maar er waren ook drie ziekenhuizen die in 2013 niet aan de norm van de inspectie voldeden. Het Slotervaart Ziekenhuis voldoet al zeven jaar niet aan de norm en voerde in 2013 13 electieve AAA-ingrepen uit, zo blijkt uit de analyse van MediQuest. Philipp Jan Flach, sinds 1 mei 2014 directielid van het Slotervaartziekenhuis, zegt dat het Slotervaartziekenhuis überhaupt zelf geen AAA-ingrepen uitvoert, omdat er afspraken zijn met het VUmc.

Willem Wisselink, vaatchirurg van het VUmc, legt de situatie uit: ‘Het is een beetje een ingewikkelde constructie, waardoor zelfs de inspectie het niet geheel lijkt te begrijpen. Een jaar of vijf geleden werden de vaatchirurgen van het VUmc gevraagd om in te vallen in het Slotervaartziekenhuis, omdat er een vaatchirurg uitviel. Die oplossing beviel zo goed dat de VUmc-vaatchirurgen een soort dependance hebben geopend in het Slotervaartziekenhuis, waar we poli draaien en operaties doen. Een aantal jaar geleden is er een prachtige hybride angio/operatiekamer ontwikkeld in het Slotervaartziekenhuis. Die kamer is perfect voor minimaal-invasieve, complexe AAA-ingrepen via de liesslagader, de zogeheten EVAR-procedure, veel beter dan de huidige operatiekamers in het VUmc. In 2013 hebben we dertien van deze complexe electieve ingrepen met plaatsing van zijtakken uitgevoerd in het Slotervaartziekenhuis. Voor 2014 zitten we al op tien en we willen zeker boven de twintig uitkomen, al worden de operaties ten onrechte toegeschreven aan het Slotervaartziekenhuis. Alle benodigde middelen worden hierbij vanuit het VUmc aangeleverd.’

De twee andere ziekenhuizen die de norm van twintig electieve AAA-ingrepen per jaar in 2013 niet haalden zijn Ziekenhuis Rivierenland in Tiel en de Ommelander Ziekenhuis Groep in Delfzijl en Winschoten met respectievelijk zeven en zes ingrepen. Volgens Binso Wymenga, voorzitter van de raad van bestuur van Ziekenhuis Rivierenland is de daling – het jaar ervoor haalden de twee ziekenhuizen net de norm – het gevolg van ‘gewenst beleid’. Wymenga: ‘In het voorjaar van 2013 zijn de vaatchirurgen van het St. Antonius Ziekenhuis in Nieuwegein en Utrecht, het Zuwe Hofpoort Ziekenhuis in Woerden en Ziekenhuis Rivierenland begonnen met een regiomaatschap. Sindsdien sturen we alle patiënten die een electieve AAA-operatie moeten ondergaan naar het ziekenhuis in Nieuwegein. Alleen de patiënten die acuut moeten worden geopereerd, omdat ze vervoer naar Nieuwegein niet zullen overleven worden hier geopereerd. De zeven patiënten die hier in 2013 een electieve ingreep ondergingen zijn van de periode voordat de regiomaatschap begon.’

Ook de Ommelander Ziekenhuis Groep (OZG) is een aantal jaar geleden een samenwerking aangegaan voor patiënten die in aanmerking komen voor een AAA-ingreep, licht Edwin Smit van de raad van bestuur toe. Het ziekenhuis heeft volgens Smit één vaatchirurgisch team samen met het UMC Groningen. Het team werkt op beide locaties, zowel klinisch als poliklinisch. In de loop der jaren vonden steeds meer ingrepen plaats in het UMCG, vanwege de EVAR-techniek die niet in de OZG wordt aangeboden. Smit: ‘Omdat we in 2013 maar zes AAA-ingrepen hebben uitgevoerd, hebben we met het oog op kwaliteit van zorg besloten om alle AAA-ingrepen uit te voeren in het UMCG. Pre- en postoperatieve zorg kan wel plaatsvinden in de OZG.’

MediQuest zegt het een goede ontwikkeling te vinden dat vaatchirurgen van verschillende ziekenhuizen samenwerken om zo als chirurgisch team voldoende ervaring en expertise op te bouwen, maar wijst erop dat de IGZ vindt dat het niet alleen gaat om de ervaring van de chirurgen. De IGZ heeft als eis gesteld dat onder meer ook anesthesiologen, andere medici en verpleegkundigen op ic en verpleegafdelingen op locaties waar AAA-ingrepen worden uitgevoerd voldoende ervaring moeten hebben. Volgens Wisselink van het VUmc zijn de anesthesiologen en verpleegkundigen van het Slotervaartziekenhuis door het VUmc ingewerkt en zijn er bij iedere ingreep twee vaatchirurgen, een interventie-radioloog en een radiologisch laborant van het VUmc aanwezig.

Volgens MediQuest voldeden in 2007 14 van de toen 88 ziekenhuizen die AAA-ingrepen deden niet aan de volumenorm. Zeven van deze ziekenhuizen zijn inmiddels helemaal gestopt met de ingrepen. Het onderzoeksbureau verwacht dat er in de komende tijd nog meer ziekenhuizen zullen stoppen met AAA-ingrepen, omdat voor hoogcomplexe AAA-ingrepen de volumenorm wordt opgehoogd naar minimaal veertig of zestig ingrepen per jaar afhankelijk van het type ingreep. Daarnaast is ook het hoogste Intensive-Care-level vereist voor hoog-complexe AAA-ingrepen. In 2013 hadden 25 ziekenhuizen een ic van het hoogste niveau.

Simone Paauw

Brief van de IGZ aan het Slotervaart ziekenhuis september 2013 (pagina 7)

RTV-Noord: Nieuw OZG-ziekenhuis opnieuw stapje dichterbij

Lees ook:

volumenormen samenwerking VUmc ziekenhuizen aneurysma chirurgen
  • Simone Paauw

    Simone Paauw deed de deeltijdopleiding journalistiek in Tilburg en werkt sinds 2008 als journalist bij Medisch Contact. Ze interviewt het liefst de ‘gewone arts’ met een bijzonder verhaal, bijvoorbeeld voor de rubriek Het Portret.  

Op dit artikel reageren inloggen
Reacties
  • Er zijn nog geen reacties
 

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.