Verplichte identificatiecode voor implantaten

Implantaten moeten worden voorzien van een uniforme identificatiecode. Dat heeft de Tweede Kamer dinsdag afgedwongen rond een wetsvoorstel dat artsen verplicht om gegevens over geplaatste implantaten op te nemen in hun patiëntendossiers en deze data ook door te geven aan het landelijk implantatenregister.

Sinds 2015 bestaat het landelijk implantatenregister, maar dat is beperkt gevuld met gegevens van cardiologen, gynaecologen, orthopeden en plastisch chirurgen. Het ministerie van VWS streeft naar een zo volledig mogelijk register, zodat patiënten zo snel mogelijk kunnen worden opgespeurd als er problemen zijn met bepaalde implantaten. Daarom worden genoemde opneem- en doorgeefplichten opgenomen in de Wet kwaliteit, klachten en geschillen zorg. De Tweede Kamer stemde unaniem in met een wetswijziging die daartoe strekt.

De Federatie Medisch Specialisten (FMS) drong in het voortraject bij de Kamer aan op afspraken over een eenduidige barcode voor implantaten, zodat de registratie niet handmatig hoeft te gebeuren maar via scannen kan verlopen. Dat zou de kans op fouten verkleinen en de administratieve last verkleinen, aldus de FMS.

Kamerleden namen dat verzoek vorige week bij de bespreking van het wetsvoorstel over, toen zij bij VWS-staatssecretaris Martin van Rijn verzochten om daar eisen over te stellen, en zij steunden deze dinsdag in meerderheid een PVV-amendement, dat aan de wet een paragraaf toevoegt dat het verboden is een implantaat toe te passen dat niet is voorzien van een uniforme identificatiecode. Op die manier wil de Kamer afdwingen dat fabrikanten verplicht worden een code toe te passen. Van Rijn gaf vorige week al aan dat hij verwacht op korte termijn hier een afspraak over te maken met Nederlandse fabrikanten, vooruitlopend op Europese regels.

Op verzoek van het CDA wordt de Gezondheidsraad nog gevraagd om een advies uit te brengen over het verlengen van de bewaartermijn voor implantatengegevens. Nu geldt dat patiëntgegevens in het algemeen gedurende vijftien jaar bewaard moeten worden. Er is een wetsvoorstel in de maak om dat naar twintig jaar op te trekken. Het CDA wil horen hoe de Gezondheidsraad denkt over de optie om de termijn voor specifiek implantaten op minstens dertig jaar te stellen.

Tegen de zomer komt er vanuit VWS, na overleg met de beroepsgroep, een eerste lijst met implantaten die artsen na plaatsing verplicht moeten aanbrengen voor het register.