Laatste nieuws
opnieuw actueel

Vergeten oorlogsslacht­offers

Psychiatrische patiënten tijdens de Tweede Wereldoorlog

2 reacties
Patiënten van de Willem Arntsz Hoeve duwen een lorrie met voeding naar patiënten­paviljoens, medio 1930.
Patiënten van de Willem Arntsz Hoeve duwen een lorrie met voeding naar patiënten­paviljoens, medio 1930.
Dit artikel verscheen op 4 mei 2017 voor het eerst online.

Hoe het psychiatrische patiënten verging tijdens de Duitse bezetting is lange tijd onderbelicht gebleven. Cecile aan de Stegge heeft veel historische feiten boven water gekregen. En onderzoekt deze pijnlijke geschiedenis nog steeds.

Cecile aan de Stegge werd geregeld benaderd met de vraag of ze iets wist over het lot van ouders, oma, opa of een andere verwant die in de Tweede Wereldoorlog verbleef in een psychiatrische inrichting in Nederland. Aan de Stegge, opgeleid als psychiatrisch verpleegkundige en gepromoveerd op historisch onderzoek naar de ontwikkeling van de ggz-verpleegkunde, heeft zich toegelegd op onderzoek naar het lot van deze patiënten.

Volgens haar vormen psychiatrische patiënten ‘een zeer kwetsbare groep, die onder moeilijke omstandigheden als een oorlog groot gevaar loopt’. ‘Ze blijven doorgaans onzichtbaar. Hoe is het in de psychiatrische inrichtingen in Syrië bijvoorbeeld? Je hoort er niets over. Waarschijnlijk zijn ze allang dood.’

Zwarte periode

Volgens de nazi-ideologie was er in de samenleving niet alleen geen plaats voor Joden, Roma, Sinti en homoseksuelen, maar ook niet voor chronische psychiatrische patiënten en mensen met een verstandelijke beperking. Zorg voor fysiek zieken was in de ogen van de nazi’s gepast mits ze nog beter konden worden, maar patiënten met chronisch geestelijk lijden achtten zij ‘nutteloze eters’.

Over het lot van Nederlandse psychiatrische patiënten ten tijde van de bezetting was, zeker waar het de niet-Joodse patiënten betreft, tot voor kort weinig bekend. Joodse psychiatrische patiënten of in inrichtingen ondergedoken Joden zijn in groten getale naar de vernietigingskampen gedeporteerd. Maar anders dan in Duitsland – waar 300.000 patiënten werden gedood – zijn de niet-Joodse patiënten in Nederland niet vermoord. Aan de Stegge: ‘Maar het staat wel vast dat zij in zulke slechte omstandigheden werden gebracht dat overleven lastig werd.’ Of daarbij opzet in het spel was, dat wil zeggen of hier een moorddadig plan van de bezetter achter schuilging, is niet duidelijk, zegt Aan de Stegge. ‘Alleen onderzoek op nationaal niveau kan dat uitwijzen. Ik sluit het niet uit.’ De cijfers zijn ernstig: tijdens de Tweede Wereldoorlog zijn in Nederland (voor zover bekend) bijna 7500 psychiatrische patiënten méér gestorven dan in de zes jaren voorafgaand aan de oorlog – nog los van de circa 1500 gedeporteerde Joodse patiënten.

Dat de naoorlogse bestuurders van de inrichtingen nooit hebben teruggekeken op deze zwarte periode, vindt Aan de Stegge moeilijk te verkroppen: ‘Men werd kennelijk niet graag herinnerd aan het zware stigma dat destijds aan psychiatrische opname kleefde. In veel provincies werd psychiatrie zelfs niet tot de volksgezondheid gerekend. Nadat de Duitse bezetter in Nederland het ziekenfonds had ingevoerd, groeiden de ziekenhuizen, maar de psychiatrische inrichtingen vielen buiten de boot; die golden niet als “ziekenhuis” en verloren daardoor veel verplegend personeel.’

Overbevolking

Het recente onderzoek naar de psychiatrische inrichting Willem Arntsz Hoeve in Den Dolder (waarvan de resultaten onlangs in boekvorm verschenen, zie kader) die vanaf oktober 1942 werd geleid door nationaalsocialistische Nederlanders, geeft aanwijzingen over de factoren die het hoge sterftecijfer bepaalden. In dat boek laten Aan de Stegge en historicus Marco Gietema en laten zien dat de sterfte een hoogtepunt bereikte in de Hongerwinter van 1944-’45. Volgens hen kregen psychiatrische patiënten structureel minder voedsel dan andere patiënten en lijkt het erop dat Nederlandse nationaalsocialisten pogingen om de voedselrantsoenen in die winter te verhogen, hebben geblokkeerd. Van de 1400 patiënten op het terrein van de Willem Arntsz Hoeve stierven toen 408 patiënten (29%). Ter vergelijking: van de burgers van de provincie Utrecht stierf 1,7 procent tijdens de Hongerwinter.

Er was nog een factor die aan de hoge sterfte bijdroeg: de psychiatrische inrichtingen uit de kustprovincies werden in 1942 massaal ontruimd om plaats te maken voor de aanleg van de Atlantikwall, de meer dan 5000 kilometer lange verdedigingslinie langs de West-Europese kust die nazi-Duitsland moest beschermen tegen een geallieerde invasie. In het binnenland gelegen inrichtingen moesten vele honderden patiënten extra huisvesten. Die overbevolking droeg sterk bij aan verslechtering van de leefomstandigheden. Ook rond de bevrijding vielen er slachtoffers onder de patiënten, omdat de Duitsers zich in vrijwel alle nog functionerende inrichtingen verschansten. ‘Het waarom daarvan is niet duidelijk; mogelijk gebruikten ze psychiatrische patiënten als menselijk schild in de hevige gevechten met geallieerden die toen uitbraken.’

Cecile aan de Stegge zet haar onderzoek voort: ze wil dit jaar de doodsoorzaken achterhalen van de patiënten uit de inrichtingen Maasoord in Rotterdam en Huize Voorburg in Vught. Als zzp’er werft ze daar financiering voor. ‘Het is moeilijk, maar ik hoop dat het gaat lukken.’

Vergeten slachtoffers. De geschiedenis van psychiatrische patiënten in Nederland tijdens de Tweede Wereldoorlog, Marco Gietema en Cecile aan de Stegge, Uitgeverij Boom, 269 blz., 22,50 euro.

bestel direct

Op basis van minutieus archiefonderzoek, egodocumenten van de opgenomen psychiatrische patiënten en interviews met nabestaanden proberen Marco Gietema en Cecile aan de Stegge te achterhalen waardoor onevenredig veel patiënten van de Willem Arntsz Hoeve in de oorlog stierven.

lees meer

lees ook download dit artikel (pdf)

Achter het nieuws geschiedenis psychiatrie oorlog Cecile aan de Stegge
  • Henk Maassen

    Henk Maassen is journalist bij Medisch Contact, met speciale belangstelling voor psychiatrie en neurowetenschappen, sociale geneeskunde en economie van de gezondheidszorg.  

Op dit artikel reageren inloggen
Reacties
  • Jan Willem Cohen Tervaert

    Daphne Cohen Tervaert-Scheiberlich, Maastricht

    Op 4 mei publiceerde Medisch Contact weer een voortgangstoets en dit mooie artikel over het lot van psychiatrische patiënten tijdens de Tweede Wereldoorlog. Bijna 30 procent van de niet-Joodse psychiatrische patiënten overleed door overbevolking en h...onger in de Nederlandse inrichtingen terwijl Joodse psychiatrische patiënten gedeporteerd werden naar concentratiekampen. Daar werden ze soms het slachtoffer van experimenterende artsen, zoals Dr. Reiter. Deze nazi zag er geen been in om psychiatrische patiënten te vermoorden onder het mom van euthanasie. Daarnaast was hij als arts actief in concentratiekamp Buchenwald waar hij ‘medische experimenten’ uitvoerde op gezonde jonge mannen.
    Een neef van mijn vader, Thijs Cohen Tervaert, belandde als jonge verzetsman in kamp Buchenwald. Een van Reiters ‘experimenten’ was het besmetten van gevangenen met tyfusbacteriën. Hierbij maakte hij heel wat slachtoffers. Ook Thijs Cohen Tervaert overleefde Buchenwald niet. Reiter werd na de oorlog berecht en gevangen gezet.
    Een beetje wrang dus dat in de voortgangstoets in het 4 mei-nummer ‘het syndroom van Reiter’ wordt genoemd als het goede antwoord op de vraag wat de meest waarschijnlijke diagnose is bij een patiënt met bloederige diarree, urethritis, conjunctivitis en artritis. Al meer dan 10 jaar gebruiken we die naam niet meer in de geneeskunde (Panush RS, e.a.. Arthritis Rheum. 2007 Feb; 56 (2): 693-4). We spreken nu van ‘reactieve artritis’. Ik hoop dat de zes samenwerkende universiteiten die de voortgangstoets gebruiken deze fout snel gaan herstellen.
    Overigens was Reiter niet de eerste die de kenmerkende symptomen van reactieve artritis als samenhangend zag. Dat deed Sir Benjamin Collins Brodie al in 1818. De naam ‘het syndroom van Reiter’ moeten we dus voorgoed vergeten.

    Jan Willem Cohen Tervaert, hoogleraar Interne Geneeskunde en Immunolgie.
    Daphne Cohen Tervaert-Scheiberlich, journalist

  • Jedidja Fortuijn

    Aios psychiatrie , Haarlem

    In Duitsland was het gevaar voor psychiatrische patiënten en geestelijk gehandicapten vanaf 1933 ook al aanwezig. De eerste structurele moord, euthanasie genaamd, was op hen en werd een "pilot" voor de latere grootschalige vernietigingskampen.

 

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.