Laatste nieuws
Johanna Gröne
3 minuten leestijd
Arts en Olympiër

Theo van Vroonhoven

2 reacties
Naam: Theo Jozef Marie Victor van Vroonhoven (15 mei 1940)
Sport: Hockey
OS: Rome 1960, Tokyo 1964, Mexico City 1968
Erelijst: geen medailles
Theo van Vroonhoven (rechts op de voorgrond) bij een wedstrijd tegen Duitsland, 1964
Theo van Vroonhoven (rechts op de voorgrond) bij een wedstrijd tegen Duitsland, 1964

Drie keer heeft Theo van Vroonhoven als hockeyer aan de Olympische Spelen deelgenomen, maar het is nooit gelukt om bij de laatste drie te eindigen. ‘Dat is jammer, maar voor mij was meedoen belangrijker dan winnen.’

Bij de Spelen van 1960 in Rome was hij eerstejaars geneeskunde in Utrecht. De studie was goed te combineren met de sport. ‘De intensiteit van trainingen was veel minder dan tegenwoordig. Bovendien was het geen probleem als je wat langer over je studie deed. En, niet onbelangrijk, als je fit bent kun je ook goed studeren.’

Toen Theo van Vroonhoven in 1968 voor de derde keer naar de Spelen ging, was hij inmiddels afgestudeerd en vervulde zijn dienstplicht als militair arts. ‘Ook al ben je nog zo vaak bij de Spelen, wennen doet het nooit. Het blijft heel bijzonder en ik heb iedere keer weer intens genoten. Je reisde toen nog niet de hele wereld over. Maar door de Spelen kwam ik in andere landen en leerde de cultuur daar kennen. Dat vond ik buitengewoon boeiend.’

Een van de meest indrukwekkende belevenissen vond hij de marathon in 1960, waar hij als toeschouwer aanwezig was. ‘Het einde van de marathon was bij het Colosseum en de Via Appia was met fakkels verlicht. De winnaar was Abebe Bikila, een Ethiopiër, die de hele marathon op blote voeten had gelopen.’ Als hij aan de sportieve prestaties van zijn hockeyploeg denkt, herinnert hij zich vooral de gemiste kansen waardoor ze er niet in slaagden een medaille te veroveren. Toch zat er een stijgende lijn in: na een negende plek in 1960 en een zevende in 1964 werden ze in 1968 vijfde.

Na het beëindigen van zijn hockeycarrière volgde Theo van Vroonhoven in Rotterdam de opleiding tot chirurg. Daar promoveerde hij ook in 1974 op een onderzoek naar de preventie van postoperatieve diepe veneuze trombose. Na tien jaar in Tilburg gewerkt te hebben, werd hij in 1988 in Utrecht benoemd als afdelingshoofd en hoogleraar algemene heelkunde. Zijn oratie was getiteld: ‘Denken, doen en laten’. Van Vroonhoven: ‘Dat is toch een misverstand over de chirurgie. De chirurg doet niet alleen, soms is iets laten net zo belangrijk.’ Hij lacht: ‘Bijzonder was trouwens dat ik de kamer kreeg van de professor bij wie ik zelf als student nog examen had gedaan.’

Tot zijn pensioen in 2002 heeft hij met veel plezier in Utrecht gewerkt. In eerste instantie deed hij vooral vaatchirurgie, later richtte hij zich meer op buik- en endocrinologische chirurgie. Vooral het nauwe contact met patiënten beviel hem goed. Een ervan stond volop in de belangstelling: Prins Bernhard werd in 1994 door Theo van Vroonhoven aan een coloncarcinoom geopereerd. ‘Dat gaf toch wat spanning in mijn omgeving. Zelfs mijn vrouw maakte zich zorgen want stel dat het mis zou gaan…’ Die vrees was niet geheel ongegrond: de prins ontwikkelde na de operatie complicaties en verbleef zo’n vier maanden in het ziekenhuis. Uiteindelijk kon hij in goede conditie ontslagen worden. Theo van Vroonhoven: ‘Volgens velen was het een eer om hem te mogen opereren. Maar voor mij was hij gewoon een patiënt zoals alle anderen.’

Johanna Gröne

 

Lees ook het portret van ploeggenoot Jan van Gooswilligen


overzicht arts en olympiër

Op dit artikel reageren inloggen
Reacties
  • Th.J.P.Kouwenhoven

    Chirurg in ruste,

    Met verbazing las ik het artikel in M.C. 29-30 over artsen en deelname aan de olympische spelen.

    Het is mij volstrekt onduidelijk waarom hoogleraren niet in staat zijn onderscheid te maken tussen wat wel en wat vooral niet gezegd kan worden. Was er ...in het begin van het jaar commotie over uitlatingen door een neurochirurg aangaande het skiongeval van een Nederlandse prins, nu lees ik in het betreffende artikel dat de hoofdpersoon een overleden lid van het koningshuis geopereerd heeft aan een colonca. Dit is naar mijn smaak een flagrante schending van het beroepsgeheim.
    Het beroepsgeheim strekt zich naar mijn weten uit tot over de dood.
    Wordt dit nu gedaan om belangrijk te lijken of is het de bedoeling om te laten zien dat er voor een chirurg ook spanningen kunnen zijn. Ik hoop dit laatste dan maar. Nochtans vind ik deze uitingen niet gepast.

  • Johanna Gröne

    (auteur)

    Geachte heer Kouwenhoven,
    Graag wil ik naar aanleiding van uw reactie vermelden dat prof. van Vroonhoven geen uitspraken gedaan heeft over de aard van de aandoening en naar mijn idee het beroepsgeheim niet geschonden heeft. Juist omdat zijn patiënt ...een lid van het koningshuis was, is echter een groot deel van de ziektegeschiedenis openbaar geworden. Zo heeft de Rijksvoorlichtingsdienst toentertijd geregeld informatie verstrekt over de toestand van prins Bernhard. Deze is in onder andere krantenarchieven eenvoudig terug te vinden op internet.
    Met vriendelijke groet,

 

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.