Laatste nieuws
Frans Meulenberg
3 minuten leestijd
Ziektebeelden

Sterker dan het vet

Plaats een reactie

‘In de laatste decennia is de belangstelling voor hongerkunstenaars zeer verminderd’, luidt de openingszin van Kafka’s Een hongerkunstenaar. Deze - laatste - hongerkunstenaar blikt terug op zijn act: veertig dagen lang vasten, ten overstaan van gretig kaartjeskopend publiek. Natuurlijk was er altijd een beetje achterdocht: ‘Niemand was in staat al die dagen en nachten de hongerkunstenaar ononderbroken te controleren, niemand kon dus met eigen ogen hebben geconstateerd, dat er werkelijk ononderbroken en volledig gevast was; alleen de hongerkunstenaar zelf kon dat weten, en hij alleen kon dus tegelijkertijd de enige toeschouwer zijn die door zijn vasten volledig bevredigd was.’


Wat de kijkers niet beseften, is hoe makkelijk hongerlijden is in de ogen van de ‘kunstenaar’ zelf. Elke voorstelling duurde veertig dagen. Dan ‘werd de deur van de met bloemen versierde kooi geopend, een opgewonden menigte vulde het amfitheater, een militaire kapel speelde, twee dokters gingen de kooi binnen om de nodige metingen bij de hongerkunstenaar te doen, door een megafoon werden de uitkomsten aan de zaal meegedeeld’. Uiteindelijk kreeg hij ‘zorgvuldig uitgekozen ziekenkost’ voorgeschoteld. De prijs van het vasten was prikkelbaarheid, somberheid, maar vooral eergevoel.


Maar de glans van dit eerzame beroep verdween. Er kwam steeds minder publiek opdagen. In wanhoop verzucht hij: ‘Probeer maar eens iemand de kunst van het hongerlijden uit te leggen!’ Een uitweg is er echter niet: hij moet vasten, hij kan niet anders. En hij vast door. Zo lang dat zelfs alle verzorgers zijn vergeten dat hij dat doet. Totdat men hem ontdekt onder het vuile stro. Dan blijkt waarom hij moet vasten: hij kon geen eten vinden dat hem smaakt. Het waren zijn laatste woorden.

Echt grote literatuur kan men lezen als allegorie, soms ook omdat de auteur dit nastreefde: Die Verwandlung van Kafka, Don Quichotte van Cervantes of Moby Dick van Melville. Maar ook het omgekeerde  komt voor: in retrospectief wil men soms fictie duiden op oneigenlijke wijze. Zo is Kafka’s schets van de uiterste consequentie van een extreme keuze - ‘meer’ is het niet (en dat is natuurlijk niet negatief bedoeld) - uitgegroeid tot staalkaart van anorexia nervosa (zie bijvoorbeeld R. Dressers studie Feeding the hunger artist). Kafka’s hongerkunstenaar is daarmee plotseling een gevalsbeschrijving geworden - in plaats van een gedachte-experiment in literaire vorm - en dreigt zelfs uit te groeien tot een gelijkenis of icoon. Hoewel literatuur uitnodigt tot vrijheid - in lezen, duiden en denken - valt verenging tot één soort interpretatie te betreuren.


De stapel Nederlandstalige bellettrie over anorexia is niet dik. Het perpetuum mobile van de liefde van Renate Dorrestein en Connie Palmens De vriendschap schieten mij te binnen (al valt de term ‘anorexia’ niet in dat boek!). Het romandebuut Ellen Ellen van Remke van Veelen kan bovenop het leesstapeltje. Het is het verhaal van twee vriendinnen, Elke en Ellen, die zozeer in elkaar opgaan dat zij wensen samen te vallen, als spiegelbeelden (de


dubbele naam in de roman weerspiegelt dat). Ellen heeft daarbij de voorbeeldrol. Niet zonder reden zegt Ellen: ‘Ik wil perfect zijn’, zonder dat duidelijk wordt wat deze perfectie inhoudt. Toch ontstaan er minieme verschillen tussen de vriendinnen. Zo eet Elke ‘heel veel’ in de ogen van Ellen. Dat bezorgt Elke een schuldgevoel, want zij wil op haar beurt ‘perfect’ zijn voor Ellen. Elke wordt meegezogen in de draaikolk van vriendschap, lotsverbondenheid en imitatiedrift als Ellen haar toespreekt: ‘Niet meer eten.’


Hoewel Elke haar uiterste best doet, lukt het haar niet om nauwelijks te eten: ‘Ellen zegt dat het komt door het vet. Het vet wil altijd meer, wil altijd uitgebreid worden. Wij moeten sterker zijn dan het vet.’ En terwijl Ellen zieker en zieker wordt, ontstaan er haarscheurtjes in de relatie tussen de vriendinnen. Ellen is te ziek om naar school te gaan. Ellens ouders vragen de hulp van Elke om haar vriendin uit de ellende te trekken. Maar loyaliteit jegens vriendinnen is van een andere orde dan een rationele overweging.


Elke wil net als Ellen niet eten, maar dat lukt haar niet: ‘Mijn maag gilt naar mij.’ Maar haar bewondering voor haar vriendin is oprecht: ‘Hoe sterk je bent als je het gegil kan weerstaan.’ En Elke beseft dat het Ellen niet te doen is om ‘aandacht’ en ze weet heel zeker dat Ellen ‘nooit, maar dan ook nooit idioot is’. Ellen sterft.

Van Veelens Ellen Ellen is een coming of age-roman over twee hoofdpersonen die op zoek gaan naar een gezamenlijke identiteit en als dit faalt, die zoektocht afzonderlijk moeten vervolgen. De waarde van de roman en de koelregistrerende stijl van de auteur ligt hierin dat aan het gedrag van Ellen geen schreeuw om aandacht ten grondslag ligt.
Ellens gedrag is niet ‘gestoord’ of zinloos, het lijkt eerder coherent en betekenisvol. Hierdoor sluit de novelle mooi aan bij een recente studie over anorexia door de broodmagere Italiaanse Simona Giordano (J Med Ethics: Medical Humanities 2002; 28: 3-8).

Frans Meulenberg, wetenschapsjournalist

Ziektebeelden eetstoornissen anorexia nervosa
Op dit artikel reageren inloggen
Reacties
  • Er zijn nog geen reacties
 

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.