Laatste nieuws
4 minuten leestijd
preventie

Ontbijt met de minister: ‘Nieuw geneesmiddelenbeleid noodzaak’

Plaats een reactie

Het voor de tweede maal door Medisch Contact georganiseerde ‘Ontbijt met de minister, daags na Prinsjesdag,  in het Mauritshuis (Den Haag) was vanochtend een stuk positiever gestemd dan vorig jaar. Toen was er in Nederland sprake  van ‘broos economisch herstel’. Nu is het stof van de crisis die in 2008 begon neergedaald, zei minister Edith Schippers in haar toelichting op de VWS-begroting.  Nederland behoort economisch weer tot de kopgroep van Europa.

Het algemene beeld voor 2016 is weliswaar dat de zorguitgaven blijven stijgen, maar minder snel dan voorheen. De zorgkosten in Nederland groeien komend jaar naar verwachting met 3,6 procent. Tussen 2006 en 2012 zagen we jaarlijks nog een gemiddelde groei van ruim 6 procent. Dit brengt de collectieve zorguitgaven in 2016 op 72,9 miljard euro.

Dure geneesmiddelen
Volgens de minister gaan de technologische ontwikkelingen in de zorg razendsnel. Ze ziet dat als een kans om de zorg betaalbaar te houden. Uit de begroting blijkt dat ze daarbij denkt aan medische apps, screening en thuisdiagnostiek. Maar medisch-technologische vooruitgang ligt ook aan de basis van de ontwikkeling van nieuwe, zeer dure geneesmiddelen, vaak bedoeld voor kleine groepen patiënten. Die medicijnen kunnen een bom leggen onder de bereikte kostenbeheersing.

De kosten ervan zijn de laatste jaren namelijk met 10 procent per jaar gestegen, veel harder dan de afgesproken stijging van 1 procent uit het hoofdlijnenakkoord.

Dit najaar wil de minister daarom een nieuw geneesmiddelenbeleid lanceren. ‘Farmaceuten zijn niet onze vijand’, zei ze vanochtend, maar ze eist wel meer transparantie over de prijsvorming van deze medicijnen. Dat kan Nederland niet alleen voor elkaar krijgen. ‘Wij vertegenwoordigen slechts 1 procent van de wereldmarkt, dus een echte vuist tegen de industrie kunnen we niet maken.’  Ze wees erop dat er nu een pilot loopt waarin de Benelux-landen samen optrekken, maar dat moet veel breder. Geen gemakkelijke opgave, want Schippers kent de onwil van landen als Duitsland en het Verenigd Koninkrijk die hun eigen industrie willen beschermen. 

Wim van der Meeren, bestuursvoorzitter van zorgverzekeraar  CZ, voorzag in zijn reactie op de begroting grote problemen op dit punt. ‘Dat de politiek een helder besluit gaat nemen, geloof ik niet.’  Hij verwacht dat personalized medicine (bij wie werkt het medicijn, en bij wie niet?), ‘wijsheid van de dokter’ en minder stringent vasthouden aan protocollen soelaas kunnen bieden bij het voorschrijven van deze geneesmiddelen. Dat dit zich afspeelt binnen de muren van de spreekkamer zou ten koste kunnen gaan van de zo gewenste transparantie in de zorg, maar dat moest dan maar, aldus de bestuursvoorzitter. 

Kwetsbare ouderen
Dat het kabinet de komende jaren structureel een bedrag oplopend tot  210 miljoen euro vrijmaakt voor de verpleeghuiszorg, werd door Nienke Nieuwenhuizen, voorzitter Verenso, met instemming begroet, maar ze vroeg wel  om zorgvuldiger af te wegen hoe het beschikbare geld in te zetten. Het idee is nu dat het extra bedrag gaat naar opleiding en bijscholing van medewerkers, en naar uitbreiding van de dagbesteding.  Maar dat is niet voldoende. Volgens Nieuwenhuizen hebben patiënten die in het verpleeghuis verblijven zeer intensieve zorg nodig. Ze vroeg daarom om investering in zorg die 24 uur per dag goed is, en niet om slechts ‘een uurtje extra aandacht’.

Ze wees bovendien op de groeiende groep kwetsbare ouderen die nog thuis wonen. Zwaardere medische begeleiding van deze mensen, dat kan de huisarts niet alleen. Zorg daarom dat de kennis die intramuraal aanwezig is gedeeld kan worden met de nieuwe aanbieders in de wijk, aldus de Verenso-voorzitter. Ze zag veel in meer samenwerking tussen de specialist ouderengeneeskunde en de huisarts. Maar dat vraagt wel om een politiek besluit: er moet een zelfstandige betaaltitel komen voor de specialist ouderengeneeskunde in de Zorgverzekeringswet.

Overschot basisartsen
LAD-voorzitter Christiaan Keijzer  vroeg aandacht voor het grote overschot aan basisartsen. Begin 2012 waren het er 250, maar eind 2014 al 400. De doorstroomtijd van basisartsen naar de vervolgopleiding bedraagt inmiddels bijna vier jaar. Het antwoord van de minister was simpel: ‘Er is meer in het leven dan tachtig uur werken in het ziekenhuis. Ga minder werken en geef de jonge dokters de ruimte.’ Ze gaf toe dat er een uitbreiding van de vervolgopleidingen moet komen. 

Op de opmerking van KNMG-voorzitter Rutger Jan van der Gaag dat preventie in de beleidsvoornemens toch wel erg stiefmoederlijk is bedeeld, antwoordde Schippers dat dit ook niet een exclusief beleidsdomein van VWS betreft. We moesten het ‘integraler’ zien; bij het Nationaal Programma Preventie ‘Alles is Gezondheid’ zijn meerdere ministeries betrokken, bijvoorbeeld dat van Infrastructuur – denk daarbij aan de aanleg van fietspaden bijvoorbeeld.

Zelf geeft Edith Schippers inmiddels het goede voorbeeld. Er staat een fiets achter haar bureau. Daarop leest ze haar stukken. Fietsend, dat spreekt.

Henk Maassen

Lees ook:


© Hanna van de Wetering / Medisch Contact
© Hanna van de Wetering / Medisch Contact
basisartsen preventie dure geneesmiddelen
Op dit artikel reageren inloggen
Reacties
  • Er zijn nog geen reacties
 

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.