Laatste nieuws
Remko Kuipers
2 minuten leestijd
over de grens

Onderzoeker in Tanzania - Masaikrijgers doodsbenauwd voor naalden

Plaats een reactie

Al in 2004 bracht ik een bezoek aan de Masai rond Loliondo in Tanzania, en aan de Samburu rond Wamba in Kenya. Bij de Samburu leefde ik een week samen met de morani of krijgers, sliepen we met de Kalashnikov onder het ‘kussen’ met zeven man in een hutje gemaakt van zand en koeienpoep en bezochten we de landingsplaats voor de helikopter van prins Henry, die erg goed bevriend schijnt te zijn met de Samburu.
 
In Loliondo bij de Masai trok ik twee dagen lopend over de Serengeti, joegen we met pijl en boog op impala, dronken we ’s ochtends melk (Masai zijn net als vele andere Afrikaanse en Aziatische volkeren lactasedeficiënt, maar dit lossen ze op door de melk te bewaren in kalebassen geënt met lactobacillen), keken we ’s nachts naar de sterren en keken we vooral veel Champions League in de kantine van het ziekenhuis, waar ze door mij eindelijk ook binnen mochten komen.

In de rust volgden we de Olympische atletiekraces, waarbij ik probeerde uit te leggen waar die hardlopende blanken naartoe renden. Omdat we vooral heel veel samen konden lachen, kreeg ik de naam Oloshipa, wat in de taal van de Masai ‘hij die altijd lacht’ betekent.

Kortom, ik dacht dat ik de Masai enigszins had leren kennen. De Masai in het ziekenhuis is alleen een ander verhaal. Alleen heel erg zieke Masai komen naar het ziekenhuis. Bevallen gebeurt thuis en daarbij is een mzungu (blanke)ook niet gewenst. Aan de placenta worden mythische krachten toegedicht en deze dient dan ook door de lokale vrouwelijke mganga (dokter) terstond te worden begraven voor de deur van het hutje van de nieuwe moeder.

Hoewel Masai meerdere vrouwen hebben en bij elke vrouw vaak meer dan tien kinderen krijgen, lukt het ons in vier maanden tijd niet om meer dan vier navelstrengen te bemachtigen. Dit ondanks dat we met een ‘blanke Masai’ waren, Oloshipa, en we overal hartelijk werden ontvangen.

De trotse Masaikrijgers, die om man te worden niet alleen besneden moeten zijn, maar ook een leeuw gedood moeten hebben, zijn grappig genoeg weer niet te beroerd om toe te geven dat ze doodsbenauwd zijn voor naalden.

Vrijwilligers voor ons onderzoek waren, ondanks een beloning, dan ook tamelijk lastig te vinden. De eetgewoonten van de Masai blijven echter interessant. Hoewel de maïspap of ugali ruimschoots haar intrede heeft gedaan, met name bij de gekerstende Masai, eten de meeste Masai veel vlees en melk. Daarbij zijn ze bijzonder fit. Met een gemiddelde BMI van onder de 20 hebben ze, zolang ze in de bush wonen, zelden een grammetje vet teveel.

In de jaren zestig toonde George V. Mann in enkele grote studies bij Masai al aan dat ze ondanks een enorme cholesterolintake een laag circulerend totaal cholesterol hebben en ze vrijwel vrij zijn van hart- en vaatziekten, ondanks aanwezigheid van cholesterolplaques in de aorta. De discussies rond deze zogenaamde yoghurthypothese, waarbij men uiteindelijk HMG-CoA bij de staart had, zijn nog steeds erg informatief om te lezen.

Tegenwoordig trekken veel Masai naar de stad waar ze werken als bewakers. Ze worden snel dik en overlijden plotseling aan hart- en vaatziekten. Helaas blijkt deze groep mannelijke Masai voor onderzoek al helemaal onbenaderbaar. Ook hier blijft het gissen naar de gezonde componenten – voeding of fitheid – van deze traditionele bevolkingsgroep.

Meer bijdragen van Remko Kuipers

over de grens
Op dit artikel reageren inloggen
Reacties
  • Er zijn nog geen reacties
 

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.