Laatste nieuws
Eva Nyst
5 minuten leestijd
interview

‘Hoe kan de omgeving bijdragen aan gezondheid en goede zorg?’

Bouwkundig arts Clementine Mol wil brug slaan tussen de medische wereld en ontwerpers

4 reacties

Kamerleden, verzekeraars en woning­corporaties buigen zich over de problemen in de ouderenzorg met taskforces, dialoog­nota’s en wetsvoorstellen. En dokters, denken die ook mee? Clementine Mol, bouwkundig arts, wil niets liever.

‘Ik zou het niet gek vinden als artsen zich in de toekomst gaan bemoeien met de inrichting van de leefomgeving.’ Dat zei Jet Bussemaker – voorzitter van de Raad voor Volks­gezondheid & Samenleving (RVS) – tijdens een interview met Zorgvisie over het essay ‘Gezondheidsverschillen voorbij’. Clementine Mol, basisarts met een bouwkundige achtergrond, pakt die handschoen graag op. ‘Er wordt al volop nagedacht over gezond ouder worden en welke omgeving daarvoor optimaal is. Maar dat gebeurt door ambtenaren, ouderenorganisaties en woningcorporaties, architecten en ontwikkelaars, niet artsen. Mijn vraag aan Jet Bussemaker zou zijn: hoe doe je dat als arts?’

Mol begon in 2010 met geneeskunde in Utrecht, maar stopte na een jaar. ‘Ik miste creativiteit en innovatie. Dat heb je natuurlijk wel enorm bij ontwerpen en architectuur.’ Ze stapte over naar de bachelor bouwkunde in Delft. ‘Daar raakte ik geïnteresseerd in het snijvlak van geneeskunde en bouwkunde. Hoe kan de omgeving bijdragen aan gezondheid en goede zorg? Het concept van de healing environments was hot. Tijdens een stage bij een ingenieurs- en adviesbureau dat ook ziekenhuizen ontwerpt, merkte ik dat de wereld van de zorg en die van ontwerpers erg verschillen. De kennis, de ervaringen, de taal die wordt gesproken, de manier van denken. Maar hoe kun je een omgeving ontwerpen waarin mensen goede zorg moeten leveren en waarin patiënten moeten herstellen, als je zelf niet die ervaring hebt en weet wat daarvoor belangrijk is? Zo kreeg ik het idee om na bouwkunde geneeskunde te studeren in een versneld traject voor zijinstromers. Ik wilde een brug slaan tussen de medische en de ontwerpwereld en met aandacht voor de omgeving bijdragen aan gezondheid.’

‘Een herkenbare thuisomgeving kan bijdragen aan valpreventie’

Met bouwkunde én geneeskunde op zak werkte Mol eerst een tijdje als enige arts tussen de ingenieurs van een ingenieurs- en adviesbureau. Vervolgens hoopte ze bij het Ben Sajet Centrum – kenniscentrum voor innovatie in de langdurige zorg – vanuit het zorg­domein te werken op het snijvlak van geneeskunde en bouwkunde. Het toekomstvisioen van Bussemaker kent antecedenten: huisarts en politicus Ben Sajet, aan wie het kenniscentrum zijn naam ontleent, publiceerde na de oorlog over de relatie tussen gezondheid en sociale omstandigheden en zette zich in voor kwetsbare Amsterdammers. De eerste klus die Mol in het centrum aanpakte, resulteerde dit voorjaar in het rapport ‘Ouderen langer zelfstandig thuis! Maar hoe dan?’ Het biedt een checklist met bouwstenen voor een gezonde omgeving voor ouderen zoals een toegankelijke woning, intergenerationeel contact, groen, een thuisgevoel, kanalen voor zeggenschap en de organisatie van de Juiste Zorg op de Juiste Plek.

Wat wilt u bereiken?

‘Uiteindelijk gaat het erom dat de verschillende domeinen samenwerken. Het is superinteressant; ik moet een eigen pad creëren. Ik wil als arts niet alleen ziektezorg bieden, maar ook een bijdrage leveren aan het bevorderen van gezondheid, het voorkómen van ziekte, en indien nodig aan herstel, met aandacht voor de context van de patiënt. Er is gelukkig steeds meer aandacht voor preventie en leefstijl. Maar ik wil een stap verder gaan en vragen hoe gezondheid, welzijn en leefstijl kunnen verbeteren door de omgeving. We weten dat de piepjes van infuuspompen in een ziekenhuisomgeving veel stress kunnen veroorzaken. Uit onderzoek blijkt ook dat een eenpersoonskamer in veel gevallen een voordeel heeft boven een gedeelde kamer, omdat je dan meer invloed hebt op stressoren in de omgeving zoals temperatuur en geluid. Daardoor neemt onder meer de slaapkwaliteit toe. Voor ouderen met dementie wordt vaak gebruikgemaakt van deurstickers van hun oude voordeur. Dit draagt bij aan de oriëntatie en het thuisgevoel en is zo stressverlagend. Ook op inrichtingsniveau proberen instellingen vaak een herkenbare thuisomgeving te creëren. Daarnaast kan de omgeving bijdragen aan valpreventie en bijvoorbeeld helpen voorkomen dat een oudere een eenzame oudere wordt van wie we weten dat die meer zorg nodig heeft. Zeker artsen zijn zich nog onvoldoende bewust van de invloed van de omgeving op het voorkómen van ellende.’

Zijn er voorbeelden in het buitenland?

‘Ja, Diana Anderson in de Verenigde Staten. Zij is van oorsprong architect en later arts geworden. Ze noemt zichzelf dochitect. Ze schrijft veel voor architectenbladen en probeert haar medische kennis en ervaring mee te nemen in artikelen over gezondheidszorgarchitectuur. Het zou leuk zijn om meer gelijkgestemde artsen te leren kennen. Er zijn wel architectenbureaus die zich volledig op het ontwerpen voor de zorg hebben toegelegd, maar ik ben nog niemand tegengekomen die zich als arts bezighoudt met gezonde gebouwde omgevingen. Er zijn artsen medische milieukunde, maar die gaan over milieufactoren en het beschermen van gezondheid, niet over het bevorderen van gezondheid.’

Waar zijn de artsen in de organisaties die nadenken over woonzorg voor ouderen?

‘Soms krijg ik de indruk dat zulke clubs het medische met argwaan bekijken. Het medische domein staat voor medicaliseren, terwijl het woon- en welzijnsdomein participeren en kwaliteit van leven centraal zet en niet de focus wil leggen op de ziekte, de rol als patiënt en de formele zorg. Ze spreken ook van cliënten en bewoners – niet van patiënten. Ikzelf ga uit van het model van positieve gezondheid van Huber. Daarbij is niet alleen de fysieke gezondheid en eventuele ziekte uitgangspunt, maar ook mentaal welbevinden, zingeving, kwaliteit van leven, participeren en dagelijks functioneren. Er wordt dus aandacht besteed aan biomedische, psychologische én sociale factoren.’

‘Mijn dominante kant is arts, maar ik spreek de taal van ontwerpers’

Hoe heeft dat woord ‘medisch’ zo’n lading kunnen krijgen?

‘De brede benadering van gezondheid met oog voor de verschillende factoren die dit beïnvloeden, is nog niet helemaal ingeburgerd onder artsen. Van oorsprong is de medische op­leiding gericht op curatieve zorg. De medische blik is gericht op de klacht van de patiënt. Langzaam leren we oog te hebben voor meer dan dat. Maar als ik jonge artsen vraag of ze werken met het positieve gezondheidsmodel, dan is dat nog niet de standaard.’

Waar positioneert u zich in de geneeskunde?

‘Dat is heel erg zoeken, maar één ding weet ik wel: ik wil vanuit het medisch domein – als arts – bijdragen aan gezondheid en gezonde omgevingen met oog voor de gehele mens in zijn of haar context. Iedereen die ik spreek vindt het waardevol dat ik mijn medische kennis zo inzet. Als je me vraagt of ik me ontwerper of arts voel, dan is mijn dominante kant arts. Maar ik spreek de taal van ontwerpers en ik kan op hun manier denken.’

Wat is uw volgende stap?

‘Ik ben net begonnen met een nieuwe baan bij Cordaan, een zorg­instelling in Amsterdam. Ik ga zowel klinisch werken als me bezighouden met het optimaliseren van woon- en zorgomgevingen. Ik hoop de brug te vormen tussen het zorg- en het ontwerpdomein en te vertolken wat belangrijk is voor de gebruikers. Het mooie van deze instelling is dat ze een arts willen die input levert vanuit het zorgproces en patiënten. Ik heb een organisatie en de mensen gevonden die snappen wat ik bedoel, daarvan de meerwaarde zien en staan te springen om samen te werken. Dat geeft me vertrouwen om door te gaan en zo bij te dragen aan zowel curatie, als aan preventie en het verbeteren van de kwaliteit van de zorg.’

Clementine Mol (32)

2010 propedeuse geneeskunde Utrecht

2013 bachelor bouwkunde TU Delft

2014 zijinstroom geneeskunde AMC

2018 master geneeskunde AMC

2018 ingenieurs- en adviesbureau

2020 onderzoeksinstituut Ben Sajet Centrum

2021 zorginstelling Cordaan

Ben Sajet Centrum | Publicatie ‘Ouderen langer zelfstandig thuis! Maar hoe dan?’

De Juiste Zorg op de Juiste Plek | Dialoognota ‘Ouder worden 2020-2040’ gepubliceerd | 4 februari 2021

Waardigheid en trots op locatie | Dialoognota Ouder worden 2020-2040 na veldraadpleging aangeboden aan Tweede Kamer

Lees meer
interview ouderenzorg preventie
Op dit artikel reageren inloggen
Reacties
  • Lia van der Plaat

    AVG- arts, Zeeland

    Dank voor dit interview. Wat een mooie combi om als arts en bouwkundige te werken!
    Laten we ook de woonvormen niet vergeten voor mensen met een verstandelijke beperking en bijbehorende problematiek van visuele en auditieve beperkingen. Hierbij den...k ik ook aan autisme en NAH waarbij soms medicatie nodig lijkt te zijn (prikkeldemping) omdat de woonomgeving te stresserend is.
    Heel veel succes in je nieuwe baan.

  • Jan Vosters

    arts maatschappij en gezondheid, niet praktiserend, Den Haag

    Clementine Mol geeft een volmondig 'ja' op de vraag of de omgeving een bijdrage levert aan gezondheid en goede zorg. En niet alleen in de ouderenzorg. Een gezonde leefomgeving wordt door jeugdartsen (BasisTakenPakket), bedrijfsartsen, specialisten ou...derengeneeskunde maar vooral door medisch milieukundigen nagestreefd, niet alleen ter bescherming maar ook door gezondheidsbevordering. Omgeving is een erkende sociale determinant van gezondheid (LaLonde, Michael Marmot).
    Het onderwerp is bijzonder actueel als we op zoek gaan naar factoren die bijdragen aan Coronaziekte. Hopelijk krijgt bestrijding van overgewicht hierdoor meer prioriteit en wordt onze obesogene omgeving aangepakt. Wellicht moet er meer onderzoek komen naar de invloed van kleinbehuizing en luchtverontreiniging op besmettingen. Voor ventilatie staat dat inmiddels wel vast, maar is implementatie ingewikkeld.
    Welkom in het domein van de sociale geneeskunde!

  • Henk Jans

    arts MG/Medische Milieukunde, voorzitter Nederlandse Vereniging Medische Milieukunde, Nijmegen

    Hallo Clementine,

    Interessant artikel en zeker de moeite waard om daar meer aandacht aan te besteden vanuit de zowel klinische geneeskunde als met name ook de Sociale Geneeskunde; nu gebeurt dat ook al vanuit de artsen MG/medische milieukunde (MMK...), waarbij je naar mijn idee een wat eenzijdig beeld geeft van waar men zich vanuit deze discipline mee bezighoudt, alsof het voor hen niet bestaat; ook het verbeteren van de woon- en leefomgeving van mensen staat daarbij volop in de aandacht als aanpak bij het bevorderen en verbeteren van de gezondheid van mensen en het adviseren daarover. Het zou zelfs nog wel meer aandacht mogen hebben, waarbij ook datgene waar jij in je artikel op wijst in mee genomen zou moeten worden.
    Als NVMM nodig ik je graag uit voor een gesprek om verder toe te lichten in wat we als beroepsgroep doen en misschien is het ook een uitnodiging om de opleiding tot arts MG/MMK te gaan volgen; ik denk dat je daarbinnen een goede aanvulling zou vinden voor... en zou zijn voor de al werkzame artsen MG/MMK

    met vriendelijke groeten
    Henk Jans

  • Vionne van der Borden

    Arts M+G in opleiding, Amsterdam

    Beste Clementine,
    Leuk artikel en interessante denkwijze!
    Heb je weleens nagedacht over een opleiding tot arts M+G?
    We zijn er nog niet misschien, maar hier willen we absoluut naartoe!
    Groet Vionne

 

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.