Heupfractuur na een beroerte

Patiënten die een CVA hebben doorgemaakt, hebben een verhoogd risico op een heup- of bovenbeenfractuur. Dat blijkt uit een case control-studie door Pouwels c.s. van de universiteit van Utrecht.

De onderzoekers gingen na of 6763 patiënten van 18 jaar en ouder, die tussen januari 1991 tot en met december 2002 een dergelijke breuk opliepen, een CVA in hun voorgeschiedenis hadden en vergeleken hen met een gematchte controlegroep. Pouwels c.s. vonden een twee keer verhoogd risico op een heup- of femurfractuur na een beroerte. Zij corrigeerden hierbij voor een groot aantal risicofactoren voor het oplopen van fracturen, waaronder corticosteroïdgebruik en een verminderde nierfunctie. Patiënten met een hersenbloeding leken in het nadeel te zijn ten opzichte van patiënten die een herseninfarct doormaakten, maar dit verschil was niet statistisch significant.
Het risico was het hoogst kort na het accident (minder dan 3 maanden), bij vrouwen en bij mensen jonger dan 70 jaar. Dat laatste is opmerkelijk maar wordt volgens de onderzoekers verklaard door het feit dat ouderen veel andere risicofactoren hebben voor het oplopen van een heupfractuur. De relatieve bijdrage van het doorgemaakte CVA aan het totale risico, wordt daardoor kleiner. De auteurs bevelen aan om voor een patiënt die wordt opgenomen vanwege een CVA, direct een inschatting te maken van het risico op een fractuur aan de hand van bovengenoemde factoren. SK
 
Online publicatie: stroke.ahajournals.org 6 augustus