Laatste nieuws
P.F. Driest
6 minuten leestijd
ouderenzorg

Een exportproduct om trots op te zijn

Plaats een reactie

Meer kennis nodig om de export van zorg uit te bouwen



In het begin van de negentiger jaren bracht Erica Terpstra, de toenmalige staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, een bezoek aan de Volksrepubliek China. Zoals dat bij zulke gelegenheden nu eenmaal gaat, kwamen het ministerie en de Chinese SDPC, de State Development and Planning Commission (een superministerie, dat doelen en budgetten van de gewone ministeries bepaalt) een verdrag overeen voor onderlinge sociale hulp. Een geijkt, nietszeggend verdrag dat nu eenmaal altijd wordt gesloten als een minister een ver buitenland bezoekt. Gewoonlijk leidt zo'n Memorandum of Understanding een rustig leven in een bureaula en raakt vanzelf onder op de stapel. Echter, een jaar of vijf geleden besloten de Chinese leiders dat hun zorgsysteem moest worden aangepast aan de eisen van de tijd. Het was, althans in de stedelijke gebieden, geënt op het Sovjet-Russische model: grote ziekenhuizen waar alle zorg plaatsvindt en vrijwel geen eerstelijnszorg.


Het zorgsysteem in China kraakt echter in zijn voegen. De belangrijkste pijler, de familiezorg door eigen kinderen, valt weg door het één-kind-per-gezin-beleid en door de grote, economisch noodzakelijke mobiliteit, waardoor de kinderen wegtrekken. Ook de komende vergrijzing draagt bij aan de grotere vraag naar zorg. Bij de Chinezen bestaat de angst dat het slechte zorgsysteem de economische vooruitgang gaat afremmen. Hun zorgsysteem bestond en bestaat uit volstrekt verstopte ziekenhuizen met verhoudingsgewijs lange verblijftijden. De vraag naar voorzieningen wordt extra gestimuleerd door de grote groep hulpbehoevende ouderen die alleen, in slechte kazerneachtige appartementen, zonder lift en zonder hulp wonen.

Uitwisselingen



Op basis van internationaal vergelijkend onderzoek besloten de Chinese autoriteiten met het Nederlandse systeem te gaan experimenteren of althans met de voor de Chinezen belangrijke eerstelijnszorg, met name gezondheidscentra, huisartsen en thuiszorg. Vooral de invulling van de huisarts als poortwachter, de samenwerking met de thuiszorg en de vaste locatie als spil van de wijk, sprak erg aan.


Dat was het moment waarop de SDPC het verdrag uit de la haalde en aan het ministerie van VWS vroeg er invulling aan te geven. In concreto wordt nu in twee Chinese steden aan de oostkust, Suzhou en Qingdao, met respectievelijk 2 en 6 miljoen inwoners, een op het Nederlandse systeem georiënteerd circuit van zorgvoorzieningen opgebouwd. In Suzhou ligt de nadruk op het ouderenzorgcircuit en in Qingdao op het gezondheidszorgcircuit en de eerste lijn. Inmiddels zijn er al enkele jaren lang delegaties heen en weer gestuurd van politiek verantwoordelijke personen (zowel van de ministeries in Beijing als uit de betrokken steden) en van mensen die het project moeten leiden. Er zijn experts uitgewisseld, vijftig jonge, veelbelovende academici uit beide steden hebben een stage van drie maanden gevolgd aan de Fontys Hogeschool in Eindhoven, twintig docenten verpleegkunde hebben hier een opleiding voor thuiszorgdocent gekregen (en er is in beide steden een thuiszorgopleiding gestart), er zijn managers voor een gezondheidscentrum opgeleid, er is gestart met een huisartsenopleiding en tien huisartsen in spe liepen stage in een gezondheidscentrum in Almere.


Ook is er een substantieel begin gemaakt met de ouderenzorg. Zo staat er in Suzhou een op Nederlandse leest geschoeid model-verzorgingshuis met aanleunwoningen, dat ook functioneert als centraal zorgpunt voor ouderen in de buurt. In beide steden draaien enkele modelgezondheidscentra. Naast het opbouwen van deze kern aan voorzieningen, zijn er verkenningen gestart op het gebied van geriatrie, revalidatie en fysiotherapie. Er is begonnen met eerste aanzetten tot verwijssystemen, protocollen en kwaliteitsstandaarden en tot lokale samenwerking tussen ouderenzorg en gezondheidszorg. En er vinden voorzichtige oriëntaties plaats naar een nieuw systeem voor de verzekering van ziektekosten.


Op grond van de goede resultaten tot nu toe zullen in de loop van dit jaar de leiders uit Beijing besluiten om het experiment uit te breiden naar tien andere, middelgrote miljoenensteden in het oostelijk deel van China. Dit brengt het aantal betrokken inwoners op ruim boven de 50 miljoen. De Nederlandse inbreng in het gezamenlijke project bestaat vooral uit kennis, de Chinezen investeren in gebouwen, apparatuur en mensen.

Aanpak



Het is een fascinerende bezigheid om samen met de Chinese partners te bedenken wat het voor hun optimale profiel van een huisarts moet zijn en hoe die moeten worden opgeleid. Hoe krijgt je op de korte termijn de beste huisartsen: door het opwaarderen van paramedische professionals of door het omscholen van specialisten, en zo ja, welke specialisten? Op welke niveaus ga je professionals in de thuiszorg opleiden? Hoe buig je de patiëntenstroom om van ziekenhuis naar gezondheidscentrum? Welk type zorgmanagers haal je naar Nederland voor bijscholing? Er is overleg nodig over de onderdelen waarmee je een stage van drie maanden aan een hogeschool vult. En over de vraag hoe een ziekenhuis moet omgaan met een afnemende patiëntenstroom, welke Nederlandse onderdelen één-op-één kunnen worden geëxporteerd, welke moeten worden aangepast en welke maar beter achterwege kunnen blijven.


China kent nog geen goed functionerend ziektekostensysteem, hetgeen betekent dat nieuwe voorzieningen zoals een verzorgingshuis nog niet collectief worden gefinancierd. Maak je dan maar vast een voorziening voor mensen die het zelf kunnen betalen of werk je eerst het financieringssysteem uit?

Zorg-export-kunde



Bij alle kommer en kwel in de Nederlandse zorg mag het een troost zijn dat er kennelijk buitenlanders zijn die ons systeem wel waarderen. De export van ons zorgsysteem naar China is niet uniek, we exporteren naar tientallen plaatsen in de wereld. Nederlandse verpleegkundigen runnen in Nicaragua een vroedvrouwenopleiding, er zijn fysiotherapie-opleidingen in derdewereldlanden en huisartsenopleidingen in Midden- en Oost-Europese landen. Dit alles is te vangen onder de noemer 'de export van kennis over het Nederlandse zorgsysteem'. Tientallen organisaties en honderden werkers zijn met deze export bezig dankzij miljoenen guldens per jaar vanuit ministeries, medefinancieringsorganisaties, particuliere fondsen en internationale geldstromen vanuit EU, Wereldbank, WHO et cetera.


Het vreemde is dat een vorm van 'zorg-export-kunde' ontbreekt. Vrijwel nergens wordt nagedacht over de meta-aspecten van de zorgexport. Toch zijn er interessante theoretische vragen over deze zorgkennis-export te stellen: in welke ontwikkelingsfase moet een land zijn opdat er met succes bepaalde Nederlandse zorgonderdelen kunnen worden geïmporteerd? Welke onderdelen van ons stelsel vormen een onlosmakelijk geheel? Wat gebeurt er met de functie en de rol van de huisarts als je dat beroep exporteert naar een ander land met eigen tradities en eigen verwachtingspatronen? Welke aspecten uit het importerende land moeten behouden blijven en hoe integreer je die in het nieuw op te zetten circuit? Wat is het profiel van een exporteur? Welke deskundigheden zijn ervoor nodig? Wat zijn faal- en succesfactoren?


Momenteel geschiedt de export op basis van toevalligheden. Waar komt de vraag uit het buitenland terecht? Wie heeft toegang tot geldbronnen? Welke organisatie heeft 'al eens eerder iets in dat land gedaan', 'Wie heeft verstand van gezondheidszorg en spreekt er Spaans', et cetera.

groeimarkt



De exporteur werkt op basis van ervaring, brede deskundigheid, boerenverstand en trial and error. De exportsector functioneert zonder veel onderling overleg of samenwerking en zonder veel systematische pogingen tot verdere professionalisering van deze bedrijfstak of de werkers. Immers, financiers betalen niet voor dit soort meta-kennis. En voor de importerende landen ligt hier absoluut geen prioriteit; die hebben meestal moeite genoeg om het geld voor louter de import bij elkaar te krijgen. De Nederlandse professional zal hooguit


- meestal in zijn vrije tijd - eens een exportverhaal schrijven. Over het algemeen beperkt men zich echter tot een evaluatie voor de financier. Goede beschrijvingen van geslaagde of mislukte zorgexport zijn uiterst schaars en artikelen over de meta-aspecten ervan of een aanzet tot theorievorming erover zijn helemaal amper te vinden.


Voor het China-project bijvoorbeeld zou het handig zijn geweest om te weten welke onderdelen van het zorgsysteem als één geheel moeten worden geëxporteerd, in welke volgorde andere elementen kunnen worden toegevoegd, op basis van welke criteria nieuwe projectsteden kunnen worden gezocht, en wat er precies aan het profiel van een huisarts (en dus aan zijn opleiding) verandert als het accent verschuift van de meer sociale aspecten van dat beroep naar de poortwachters-aspecten.


Het project 'hervorming van het zorgsysteem in China' bewijst dat het Nederlandse zorgsysteem een prima exportartikel is, dat we gerust kunnen spreken van een groeimarkt. Maar reflectie op het project bewijst ook dat 'zorg-export-kunde' een vereiste is om deze markt verder uit te bouwen. <<

P.F. Driest,


Nederlands Instituut voor Zorg en Welzijn
Projectleider 'healthcare reform in China'


Correspondentieadres:

P.Driest@NIZW.nl

SAMENVATTING


l Sinds enige jaren voert het Nederlands Instituut voor Zorg en Welzijn (NIZW) op verzoek van het ministerie van VWS een programma uit dat de gezondheidszorg in China wil verbeteren.


l Het accent binnen het programma ligt op de elementen gezondheidscentrum, huisarts en thuiszorg.


l Samen met de Chinese partners worden zorgvoorzieningen opgezet, beroepsprofielen gemaakt en opleidingen verzorgd.


l De Nederlandse zorg is een gewild exportproduct. De export van zorg zou beter kunnen verlopen als er in Nederland meer uitwisseling en samenwerking was tussen de exporteurs en als er meer aandacht werd besteed aan 'zorg-export-kunde'.

thuiszorg ouderenzorg
Op dit artikel reageren inloggen
Reacties
  • Er zijn nog geen reacties
 

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.