Laatste nieuws
5 minuten leestijd
Federatienieuws

Dokters in het Vaticaan debatteren over de ethiek van euthanasie

Plaats een reactie

‘We voeren euthanasie niet altijd uit als een patiënt hierom vraagt,’ vertelde KNMG-bestuurslid en huisarts Carin Littooij op een Europese conferentie van de World Medical Association (WMA). ‘Het afwegingsproces is een weg die we in de loop van de tijd samen bewandelen; het einde kán euthanasie zijn, maar veel vaker is het een natuurlijk overlijden.’ Het was een toelichting die hard nodig was in een zaal met in meerderheid dokters die euthanasie als een aantasting van de geneeskunst zien.

Ozge Sahin
Ozge Sahin

KNMG-voorzitter René Héman spreekt tijdens WMA-bijeenkomst Vaticaan.

De dokters namen op 16 en17 november deel aan de WMA-conferentie in het Vaticaan, in het hart van de katholieke kerk, om het WMA-beleid rond zorg rond het levenseinde te bespreken.

Euthanasie en hulp bij zelfdoding, verleend door een arts, worden als onethisch bestempeld door de WMA, die meer dan 100 nationale medische organisaties als lid heeft. Het huidige WMA-statement is ondubbelzinnig: artsen moeten ver blijven van euthanasie en hulp bij zelfdoding, zelfs als er wettelijke ruimte is in een land. Maar de KNMG en de Canadese artsenorganisatie (ook in Canada kunnen terminaal zieke patiënten medische hulp ontvangen om te sterven) pleiten voor ruimte in het WMA-statement voor verschillende opvattingen, waarbij euthanasie en hulp bij zelfdoding niet als onethisch betiteld worden. Dit pleidooi wordt besproken in diverse WMA-bijeenkomsten over de hele wereld. KNMG-voorzitter René Héman: ‘Met deze bijeenkomsten over End-Of-Life Questions is het taboe in de WMA rond euthanasie doorbroken. We hoeven het niet met elkaar eens te zijn, maar we moeten elkaar ook niet veroordelen.’

Artseneed in voor- en tegenspoed?

De weg is moeizaam en vol tegenstellingen. Zo citeerde de voorzitter van de Bundes Ärtzenkammer de eed van Hippocrates op de conferentie: ‘Ik zal geen vergif toedienen wanneer hierom wordt gevraagd, noch zal ik een dergelijk voorstel doen.’ KNMG-voorzitter Héman stelde hier tegenover dat de net vernieuwde internationale artseneed, de Declaration of Geneva, juist benoemt dat we als artsen de autonomie en waardigheid van onze patiënten zullen respecteren. ‘Als een patiënt ondraaglijk lijdt en er geen uitzicht is op verbetering of verlichting van dit lijden, als het leven in feite ondraaglijk is geworden en de patiënt vraagt om een einde, staan we dan naast of tegenover de patiënt? Ik denk dat artsen over de hele wereld dergelijke situaties herkennen. In Nederland is het mogelijk om aan die vraag van de patiënt te voldoen. Ik vraag u om respect voor deze keuze.’

Aantasting ethische beginselen

In de discussie roerden tegenstanders tegen euthanasie zich stevig met vragen over het Nederlandse debat rond euthanasie en dementie en het al dan niet kunnen meten van de ondraaglijkheid van het lijden. Er was daarbij veel waardering voor de data en daarmee transparantie die we in Nederland hebben, maar ‘we willen niet dat het beroep van dokter geassocieerd wordt met doodmaken,’ zo gaven diverse deelnemers aan. Dit zou de ethische beginselen van de medische stand aantasten en een vertrouwensbreuk kunnen opleveren in de arts-patiëntrelatie. Goede palliatieve zorg neemt de vraag naar euthanasie weg, zo werd betoogd. Maar toen een Amerikaanse deelnemer vroeg wat hij dan kon betekenen voor een terminale ALS-patiënt, bleef het stil.

‘Het blijft een zware taak’

Andere zorgen rond euthanasie lagen op het vlak van de wilsbepaling: ‘Hoe weet je dat het iemands vrije wil is? Hoe weet je wat er achter de voordeur gebeurt? Dat er geen sociale druk is?’ Ook de angst voor een glijdende schaal werd genoemd. De stijgende cijfers van het aantal meldingen van euthanasie in Nederland en het aantal malen dat hulp bij zelfdoding in Zwitserland is verleend, werden aangehaald om te onderbouwen dat het voor artsen van uitzondering naar normalisatie naar routine zou gaan. Dit werd ferm tegengesproken door Canada: ‘Wij herkennen dit niet en hebben dit ook niet in Nederland gehoord. Het blijft een zware lastige taak voor artsen.’

Ozge Sahin
Ozge Sahin

Kardinaal Peter Turkson las de brief van de paus voor, waarin deze artsen aanraadde voorzichtig te zijn met almaar doorbehandelen, een oproep die in de Italiaanse media veel aandacht trok.

Paus: kijk uit voor doorbehandelen

De paus had voor deze bijeenkomst een brief geschreven die ter plaatse werd voorgelezen. De paus riep ertoe op de delicate onderwerpen rond het levenseinde kalm te benaderen ‘in a way that is open to finding solutions – even at the juridical level – that are shared as much as possible’. Héman: ‘Dat de bijeenkomst in het Vaticaan plaatsvond, was een mooi gebaar. We zijn heel blij dat de paus een constructieve en open discussie over euthanasie faciliteert en aandringt op een reflectieve discussie.’ De paus raadde artsen aan voorzichtig te zijn met almaar doorbehandelen, een oproep die in de Italiaanse media veel aandacht trok. Hij riep artsen op bewust na te denken over tot waar behandelen zinvol is en dit niet alleen vanuit medisch perspectief te doen, maar de patiënt goed te informeren en hierin de centrale rol te geven. En om als uitgangspunt de patiënt als mens in zijn eigen sociale context te nemen. Héman: ‘Dit sluit buitengewoon goed aan bij de Nederlandse benadering, zoals we die hebben vastgelegd in ons rapport Passende zorg in de laatste levensfase.’

De paus raadde artsen aan voorzichtig te zijn met almaar doorbehandelen

Euthanasie staat niet tegenover palliatieve zorg

Het debat leidde tot inzicht in de diverse perspectieven en tot het bevragen van elkaar. Over één punt waren alle deelnemers het eens: palliatieve zorg is essentieel om de mens in zijn laatste levensfase te versterken en moet beschikbaar zijn voor alle mensen. Euthanasie mag nooit worden gebruikt als een ‘goedkopere’ methode om duurdere levensverlengende therapieën te vermijden. In lang niet alle landen is toegang tot goede specialistische palliatieve zorg en pijnbestrijding op elk moment van de dag beschikbaar. Als dit wel goed geregeld zou zijn, zou dit enorm helpen om de discussie over euthanasie weg te nemen en gerust te stellen, aldus een deelnemer uit Groot-Brittannië. Tegelijk stelde een andere deelnemer dat palliatieve zorg geen panacee is voor alle situaties. Héman reageerde: ‘Euthanasie staat niet tegenover palliatieve zorg, zoals vaak wordt betoogd in internationaal verband, maar kán een onderdeel zijn van passende palliatieve zorg.’

Open mind

‘Houd een open mind voor collega’s met andere meningen over euthanasie,’ zo riep een deelnemer in de hitte van de discussie op. Een Finse deelnemer vatte het als volgt samen: ‘De fundamentele vraag is of de WMA tegemoet wil komen aan de dokters die wel euthanasie uitvoeren en dit doen in de overtuiging dat zij de beste zorg aan hun patiënt leveren.’ Het antwoord op die vraag wordt verder gevormd in de laatste regionale WMA-bijeenkomst begin 2018, waarna op internationaal niveau de uitkomsten zullen worden samengebracht. We houden u op de hoogte!

Federatienieuws KNMG euthanasie palliatieve sedatie
Op dit artikel reageren inloggen
Reacties
  • Er zijn nog geen reacties
 

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.