Aantal GGD-bezoekers met soa stijgt

Het aantal mensen dat zich bij een gemeentelijke gezondheidsdienst laat testen op een seksueel overdraagbare aandoening (soa) is het afgelopen jaar gestegen met 8 procent.

Het aantal consulten steeg daardoor tot ruim 113.000. In ongeveer 14 procent van de gevallen werden een of meerdere aandoeningen als chlamydia, gonorroe, syfilis, hepatitis B of hiv gevonden. Dat percentage is licht gestegen ten opzichte van voorgaande jaren.

Dat blijkt uit de ‘Thermometer seksuele gezondheid’, die het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) vandaag heeft gepubliceerd. De thermometer is gebaseerd op de cijfers die zijn aangeleverd door de soa-poli’s van de ggd’s. Soa-tests bij huisartsen zijn nog niet in de cijfers meegenomen, omdat deze nog in bewerking zijn.

Net als in voorgaande jaren was chlamydia de meest gediagnosticeerde aandoening. Het absolute aantal gevallen steeg met 12 procent, tot 12.913. De stijging is daarmee 4 procentpunt groter dan de gestegen toeloop op de soa-poli’s.

Volgens het RIVM is het noodzakelijk dat de overheid extra blijft investeren in seksuele gezondheid, naast de gangbare zorg via de huisarts. Deze aanvullende seksualiteitshulpverlening moet onder meer het gedrag van hoogrisicogroepen verbeteren. Afgelopen jaar gaf 64 procent van de bezoekers van soa-poli’s aan geen condoom te hebben gebruikt bij het laatste losse seksuele contact.

links

http://www.rivm.nl/dsresource?objectid=rivmp:118926&type=org&disposition=inline