Federatienieuws
Ella Kalsbeek
2 minuten leestijd
Federatienieuws

Een beoordeling-op-maat - Voorzitter LHV

Plaats een reactie
Beeld: Vincent Boon
Beeld: Vincent Boon

De afgelopen maanden is er de nodige aandacht geweest in de media en de politiek voor de zorg op het platteland. Aanleiding waren twee apotheekhoudende huisartsenpraktijken (in Drenthe en Zuid-Holland) die beide aan een deel van hun patiënten geen geneesmiddelen meer mogen leveren. Die patiënten zouden namelijk ook best met de bus naar de openbare apotheek in een ander dorp kunnen reizen. Dat is in ieder geval de logica achter het huidige vergunningenbeleid van VWS. Op papier klinkt dat misschien nog niet eens zo gek. Maar in de praktijk betekent dat bijvoorbeeld in Annen dat de bewoners van een verzorgingshuis – toch niet de meest mobiele patiënten – niet meer naar de apotheek van de huisarts mogen die recht tegenover het verzorgingshuis staat. Dat is natuurlijk niet uit te leggen.

Zo blijkt maar weer: de zorg kun je niet puur theoretisch benaderen, die moet je bekijken vanuit ‘het veld’. Dat betekent in dit geval dat je kijkt vanuit patiëntenperspectief, wat de maatregel in de praktijk voor hen betekent. Apotheekhoudende huisartsen leveren goed farmaceutische zorg: ze moeten aan dezelfde regels voldoen als openbare apothekers, ze worden even streng gecontroleerd door de Inspectie voor de Gezondheidszorg en hun zorgverlening is niet duurder. En er is nu eenmaal geen openbare apotheek in deze dorpen. Waarom zou je dan voor een deel van de patiënten drempels opwerpen om van die zorg gebruik te maken?

Het is, ook zonder dit soort vergunningsproblematiek, toch al een uitdaging om de zorg in dunbevolkte gebieden op peil te houden. Juist hier slaat de vergrijzing sterk toe, onder patiënten én onder zorgprofessionals, waardoor er meer vraag én minder aanbod dreigt. En dan heb je nog te maken met zaken als het sluiten van (afdelingen van) ziekenhuizen, de moeilijkheid om praktijkopvolging te vinden, de afnemende beschikbaarheid van mantelzorgers doordat jongere generaties zijn weggetrokken. Allemaal factoren die de toegang tot de zorg flink onder druk zetten.

Willen we dat deze plekken leefbaar blijven en dat langer thuis blijven wonen ook hier verantwoord kan plaatsvinden? Dan moeten we zorgen dat de basisvereisten voor zorg in de buurt – huisarts, apotheek en wijkverpleging – gegarandeerd zijn. Dan moeten we niet vanuit strikte, landelijke kaders kijken, maar een beoordeling-op-maat maken. Want wat werkt in het Groene Hart is niet automatisch ook de beste aanpak voor Zeeuws-Vlaanderen. Wat is er in welke situatie voor nodig om goede zorg te kunnen bieden?

Wat betreft de apotheekhoudende huisartsen is een verbetering hopelijk in de maak. De Tweede Kamer heeft onlangs een motie aangenomen die de regering oproept om oplossingen te zoeken voor dit soort situaties. Bijvoorbeeld door bij de beoordeling van een vergunning breder te kijken dan alleen of er een busverbinding is en dus meer aspecten mee te wegen die vanuit de patiënt van belang zijn.

Misschien kan deze aanpak dan als voorbeeld dienen voor de zorg in bredere zin. Dat de zorg de ruimte krijgt om zich te vormen naar de lokale behoeften en uitdagingen. Wat mij betreft iets waar we ons als zorgverleners, patiënten, overheid en verzekeraars samen hard voor gaan maken.

Ella Kalsbeek, voorzitter Landelijke Huisartsen Vereniging

<b>Het federatienieuws als PDF</b>
Federatienieuws LHV Ella Kalsbeek
Op dit artikel reageren inloggen
Reacties
  • Er zijn nog geen reacties
 

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.