Federatienieuws
Wendela Hingst
2 minuten leestijd
Federatienieuws

Dokters en leiderschap: ‘Speak up, dear!’

1 reactie

Ik liep eens mee met een Amerikaanse kwaliteitsauditor in een Nederlands ziekenhuis. Die ochtend was ik getuige van een onderzoek naar ‘the leadership’ in het huis. De top 30 had zich verzameld, maar tijdens de discussie over de observaties van de auditor waren steeds dezelfde vijf mensen aan het woord. The usual suspects. De rest keek naar een soort tenniswedstrijd, urenlang. Nu leek het mij uitgesloten dat al die toegewijde mensen, hoofdzakelijk dokters, niets te melden hadden over hun eigen afdelingen waarover hun de maat werd genomen. Toch zwegen ze. Wat vond u, vroeg ik de Amerikaan nadien.
Hij keek moeilijk en sprak: ‘These guys have a big issue openly disagreeing with each other. It’s dangerous!’

Leiderschap begint met zeggen wat er gezegd moet worden, wanneer het gezegd moet worden. Mogelijk is dat meer een levenshouding dan een competentie. Al je inzichten, waarden en ideeën doen er immers weinig toe als je niet de moed hebt om je uit te spreken. Mensen worden hierin nogal eens geremd door groepsgewoonten en machtsverhoudingen.
In een een-op-eengesprek kan dit nog zwaarder wegen. Persoonlijke angsten en belangen spelen ook een rol: waar vrees je voor als jouw bijdrage niet goed valt?

Mijn laatste aanval van kaakklem was tijdens een vergadering waar enkele aanwezigen zich stoorden aan het recente persoptreden van een (bij de vergadering afwezige...) collega. Gemeenplaatsen als ‘niet gepast’ en ‘onhandig’ gingen over tafel. De vraag die zich bij mij opdrong was: wat is er dan misgegaan? Ik hield ’m echter binnen. Waarom? Omdat ik het persoptreden wél een goed idee had gevonden? Omdat deze collega’s het zo roerend eens leken dat ik mij afvroeg of ik iets gemist had?

Zwijgen waar gesproken moet worden gaat altijd over de angst iets te verliezen. Je positie in een groep, een harmonieuze werkrelatie of status, wat toch zoiets is als maatschappelijke liefde... Het ontbreekt dan eigenlijk aan emotionele veiligheid, aan de zekerheid dat ieders inbreng er mag zijn en ertoe doet.

Dat je bijdrage niet tegen je zal worden gebruikt, ook niet als je ernaast zit. De medische wereld loopt niet voorop met deze vorm van veiligheid. Maar echte leiders staan voor verandering. Ze scheppen de omstandigheden waarin anderen zich uitgenodigd voelen om bij te dragen en vrijelijk hun mening te delen. Door zelf te durven waar je eerder aarzelde stel je je kwetsbaar op. Dat dwingt respect af en daarmee ruim je ook een drempel op voor de ander.
Hier betekent leiden: voorbeeldgedrag.

‘It’s dangerous!’ zeg ik nog wel eens tegen mezelf als ik de verleiding voel te zwijgen. Want door een belangrijke gedachte of gevoel bij je te houden doe je jezelf, anderen en je werk tekort. Niet alle veiligheid laat zich protocolleren.

Mogelijk heeft u weinig met dit onderwerp.
U zegt het namelijk gewoon als de hoogleraar ongelijk heeft, als u vermoedt dat uw collega teveel drinkt, als een patiënt uitbehandeld is maar iemand in het team toch weer een behandeloptie voorstelt, als u voelt dat alle energie uit de vergadering loopt omdat steeds dezelfde persoon aan het woord is. U vraagt zelfs gewoon om steun als u vanwege persoonlijke omstandigheden even wat wiebelig bent.

Echt? Klasse.

Wendela Hingst, algemeen directeur KNMG

@wendelism

Federatienieuws KNMG
Op dit artikel reageren inloggen
Reacties
  • W.A. Keijser

    voorzitter Werkgroep Raamwerk Medisch Leiderschap, UTRECHT Nederland

    Beste Wendela, geachte lezer,
    Deze zomer ontvangt Nederland het eerste Raamwerk Medisch Leiderschap Competenties (RML). Hieraan wordt momenteel de laatste hand gelegd na circa 2 jaar werken door een grote groep van onderzoekers en betrokken medici.
    ...Alvast uitzoomend op de inhoud van dit lang verwachte RML en in lijn met bovenstaande: leiderschap blijkt veel, zo niet alles, te maken te hebben met durf. De durf om over je eigen angsten (van mogelijk verlies, inderdaad) heen te denken en te voelen. In het belang van patiënt, collega of organisatie. In sommige situaties zelfs in het belang van de gezondheidszorg.
    Omgaan met angsten, kijken in je eigen spiegel en daar het juiste mee doen -hoe 'soft' dit alles ook moge klinken- is zeer significant gecorreleerd aan optimaal medisch medisch leiderschap. En inmiddels weten we ook dat dit laatste, leiderschap van dokters, cruciaal is voor een optimale kwaliteit van zorg.
    De komst van het RML is indicatief voor de groeiende aandacht voor zelfreflectie in de zorg. Of beter nog: "de ballen hebben om als medicus in de spiegel te kijken en daarna concrete verbeterstappen te zetten". Inmiddels wordt door een toenemende groep artsen gewerkt met instrumenten om nauwkeurig naar houding en gedrag te kijken. En gaat inmiddels al (veel) verder dan de IFMS sessies. Het RML zal zeer binnenkort kaders aanreiken voor (groepen) artsen, die naast hun medisch technische kundigheid, continu willen verbeteren op hun 'softe' kanten als professional.

    Duurzaam verbeteren op houding en gedrag, op leiderschap, is lastig en een continu proces. Wie durft?

    Groeten van,
    Wouter A. Keijser

 

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.