Federatienieuws
Gert van Dijk
3 minuten leestijd
Federatienieuws

De betekenis van zwangerschap

Column Ethiek in de praktijk

1 reactie

Op diverse plekken in de wereld staat de vrije toegang tot abortus onder druk. Het verbod op vrijwel alle abortussen in het Amerikaanse Alabama lijkt misschien ver weg, maar zelfs in Nederland wordt het ongewenst zwangere vrouwen lastig gemaakt. Zo erg dat sommige tegenwoordig een buddy nodig hebben om hen langs demonstranten bij de kliniek te begeleiden.

De mogelijkheid voor vrouwen om te kiezen of, met wie en wanneer zij kinderen krijgen, hangt sterk samen met de hoogte van hun opleiding, hun welzijn, hun economische succes en algehele gezondheid. Maar ook voor artsen is een beperkte toegang tot abortus een reden voor zorg: laagdrempelige toegang tot abortus is ook een kwestie van volksgezondheid. Restricties op abortus zijn immers sterk gecorreleerd aan verhoogde maternale - en kindersterfte. Alleen al om die reden is laagdrempelige toegang tot abortus een belang van ons allemaal. Laten we daar dus zuinig op zijn.

Sinds 4 februari 2019 is het mogelijk om levenloos geboren kinderen te laten registreren in de Basisregistratie Personen (BRP). Onlangs ontstond er discussie over de vraag of de nieuwe mogelijkheid geen gevolgen zou moeten hebben voor de abortuswet. Kunnen die twee regelingen wel samengaan, of ondergraaft de registratie van levenloos geboren kinderen de abortuswet?

‘Het is alleen aan de vrouw om betekenis te geven aan de zwangerschap’.

De mogelijkheid om levenloos geboren kinderen te registreren in de BRP is bedoeld om mensen te helpen bij de verwerking van het verlies dat zij daarbij kunnen ervaren. Die regeling stelt geen eisen aan de duur van de verloren zwangerschap. Dat betekent dat vrouwen een overleden foetus kunnen laten registreren in de BRP, terwijl zij een ongeboren foetus tot 24 weken ook nog kunnen laten aborteren. Geeft die mogelijkheid van registratie in de BRP de foetus dan niet een bepaalde morele of wettelijke status, die abortus problematischer zou maken? Ik denk het niet.

Dat de duur van de zwangerschap er voor de registratie niet toe doet, lijkt me terecht. De mate van verdriet die vrouwen kunnen ervaren bij het verlies van een zwangerschap is immers niet gerelateerd aan de duur van die zwangerschap. Ook het verlies van een kortdurende zwangerschap kan tot groot verdriet leiden.

De regeling zegt ook niets over de oorzaak van het overlijden van de foetus. Dat maakt het mogelijk dat vrouwen een geaborteerde foetus kunnen laten registreren in de BRP. Dat lijkt misschien vreemd, maar volgens mij is ook dat terecht. Soms zijn zwangere vrouwen in een situatie waarin het voor hen niet mogelijk of wenselijk is om een kind groot te brengen – ook al zouden ze dat misschien graag anders zien. Abortus is voor hen dan soms de enige mogelijkheid. En daar kunnen vrouwen verdrietig over zijn, zoals mensen altijd verdrietig kunnen zijn over een ervaren gebrek aan mogelijkheden. En het is niet aan de overheid om te bepalen wie wel en geen verdriet mag ervaren van een verloren zwangerschap en dus een registratie mag doen in de BRP.

De mogelijkheid van registratie van levenloos geboren kinderen in de BRP levert volgens mij dan ook geen spanning op met de abortuswet. Die registratiemogelijkheid verandert niets aan de status van de foetus, maar is juist de erkenning van het feit dat het alleen aan de vrouw is om te bepalen welke betekenis zij geeft aan de zwangerschap. Sommige vrouwen zijn dolgelukkig met hun zwangerschap, en voor anderen is het een ongewenst drama. Sommige vrouwen zijn verdrietig na een abortus, en anderen juist opgelucht. En voor al die gevoelens moet ruimte zijn.

Gert van Dijk, ethicus bij de KNMG en het Erasmus MC

Deze column is geschreven op persoonlijke titel.

Reageren kan opknmg.nl/columns.

Ethische dilemma’s: ze spelen dagelijks in de zorg. Vaak kijkt u er weer anders tegenaan dan uw collega. Ethische kaders en gedragsregels geven ruimte voor de toepassing in specifieke situaties. KNMG-ethicus Gert van Dijk verkent actuele dilemma’s in zijn columns over ethiek in de praktijk.

Federatienieuws 23 - 2019 (pdf)

Federatienieuws KNMG
Op dit artikel reageren inloggen
Reacties
  • H.L. Groenenboom

    Huisarts, Middelharnis

    Het blijft volgens mij toch wringen in dit standpunt: enerzijds een zwangerschap afbreken van 24 weken en anderzijds toestaan een niet levend geborene van 24 weken te registreren in de BRP. Registratie lijkt mij een impliciete erkenning dat er sprak...e is van een persoon en dat er dus toch sprake is van een andere status. Hoe verhoud zich dit tot het grondwettelijk principe dat allen die zich in Nederland bevinden in gelijke gevallen gelijk worden behandeld?

 

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.