Webshop

Altijd troosten - Bert Keizer

bestel direct voor 16,98 euro

Altijd troosten, de nieuwe selectie van columns die Bert Keizer schreef voor Medisch Contact, eindigt met een soort schuldbekentenis. Ja, hij heeft het misschien wel erg vaak over doodsontkenning, diagnostische verslaving, teloorgang van psychische ambachtelijkheid, verkeerde financiering, gerontofobie, farmacomanie, en palliatieve onkunde, en nooit eens over ‘een zegenrijke ingreep waar vele tienduizenden vele pijnvrije en mobiele jaren aan te danken hebben…’. Maar bij dat laatste vermoedt hij een niet te onderdrukken gaapreflex bij de lezer, die vast wel bekend is met zulk positief nieuws. Keizer gunt ons bewust een kijkje in de keuken en niet in het restaurant. In MC schrijft hij immers voor het keuken­personeel.

Na een studie filosofie in de jaren zestig in Engeland, begon Keizer aan de studie geneeskunde. In het vierde jaar raakte hij in een intellectuele crisis: hij vond de studie geestdodend, en had – mede dankzij die filosofische scholing – ‘een onbedwingbare behoefte om de kwaliteit van beweringen flink door elkaar te schudden’. Terugkijkend zegt hij dat hij vast een betere arts was geworden als hij in intellectueel opzicht scherper was benaderd over de betrekkelijkheid van medische kennis. Zou het nu beter zijn? Dat kijkje in de keuken suggereert op zijn minst dat we er nog lang niet zijn.

Keizer vertelt geestig en prachtig over de erfenis van de jaren zestig (‘Wat wij toen vonden van Vietnam, seks, muziek, politiek, lang haar, Monty Python, Gerard Reve, de KVP, het celibaat, de katholieke kerk, de spijkerbroek, het T-shirt en het koningshuis, is ook na een halve eeuw nog altijd waar’). Over zijn levenslange afkeer van autoriteit en zijn hardnekkige neiging om ‘aan de rand’ te blijven. Maar ook over zijn filosofische, literaire en muzikale helden (zijn ultieme held oogt als George Harrison, schijft als Samuel Beckett, speelt als Jimi Hendrix en denkt als Ludwig Wittgenstein). En niet in het minst over de katholieke kerk: Keizer is nog opgegroeid in een wereld waarin ‘God in de hemel zat, de paus in Rome, de burgemeester in het stadhuis, de koningin in Soestdijk’, en waarin ‘we onsterfelijk waren in de meest alledaagse zin van het woord.’ Hij koestert – ook als ongelovige – in een bepaald opzicht nog altijd warme gevoelens voor de moederkerk; het kan zijn bewondering voor dichter en oud-priester Huub Oosterhuis verklaren, die volgens hem grandioos werk heeft verricht in het moderniseren van het godsdienstige lied. Die warme gevoelens zijn ook niet zo vreemd eigenlijk, want de ziel is nooit ver weg in het werk van Keizer, als is het dan vooral de ziel volgens Wittgenstein: ‘Het menselijke lichaam is het beste beeld van de menselijke ziel.’

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.