Taal van de troost
Plaats een reactieZo helpt poëzie.101 gedichten over de zorg, Bert Keizer (samenstelling), Uitgeverij De Meent, 120 blz., 20 euro. Vanaf 1 oktober te koop.
Het bieden van troost is een van de drie belangrijkste bestaansredenen voor kunst. ‘De andere twee weet ik niet’, schrijft Bert Keizer in zijn inleiding bij Zo helpt poëzie, waarin hij 101 gedichten verzamelde over geboorte en kinderziekten, lichamelijk en geestelijk lijden, over sterven en rouwen. Keizer putte uit het oeuvre van Herman de Coninck, Judith Herzberg, Lucebert, M. Vasalis, Rutger Kopland en vele anderen. Sfeer en toon variëren van melancholiek en berustend, tot woedend en vilein humoristisch. Het is verleidelijk om veel te citeren uit deze prachtbundel want ‘…we blijven met het lijf getrouwd, een ontevreden partner voor het leven’ (Annie M.G. Schmidt). Eentje dan, van Lieke Marsman: ‘Je lijf is ziek, maar je wordt beter, het zal slijten./Je zult stiller in het gras liggen en slanker,/uitgemergeld chic bezoek ontvangen. Maar kanker/heeft geen kalender, dus heb geduld./We verdampen tot we condenseren/en ook rampen zijn gemaakt van feiten./Je hoeft ze er alleen maar uit te destilleren:/Je wordt weer beter. Het zal slijten.’
Bestaat er een mooiere troost dan een gedicht waarin ziekte en alle beslommeringen daaromheen, zelfs de dood, behoedzaam op armslengte worden gehouden?, vraagt Keizer. Die vraag is uiteraard retorisch. Kopen, lezen en cadeau doen.
- Er zijn nog geen reacties