Agenda voor de politiek
Plaats een reactieDe menselijke maat. Grenzen aan de gezondheidszorg?, Theo Wobbes en Maria van den Muijsenbergh (red.), Valkhof Pers, 119 blz., 16,50 euro.
Agenda voor de Toekomst, Jaap Jan Brouwer, de Graaff, 224 blz., 24,99 euro.
bestellen agenda voor de toekomst
Ministerie van Verbeelding, Jet Bussemaker, Balans, 280 blz., 22,99 euro.
bestellen ministerie van verbeelding
Drie boeken maken op hun manier een analyse van de stand van zaken in de gezondheidszorg en kunnen zo misschien als richtsnoer fungeren om de visies van de verschillende politieke partijen te beoordelen. De menselijke maat verkent de grenzen van de zorg en de scherpe keuzes die we moeten maken. En laat zien dat die vaak niet (of niet alleen maar) gebaseerd zijn op evidence, maar wel steeds worden gestuurd door waarden. Leidende vraag in de meeste bijdragen: in hoeverre staat de maat van de individuele mens nog centraal, want soms lijkt doelmatigheid van het systeem de belangrijkste waarde. Dat mondt onder meer uit in een behoorlijk kritische bespreking van het veelgeroemde value based health care-concept.
Agenda voor de Toekomst is het resultaat van een rondgang langs veertig experts, merendeels hoogleraren. De lezer wordt bijgepraat over een reeks hete hangijzers. Zoals de chaotische toestand van de ggz – waarin men kennelijk zoveel last heeft van stokpaardjes dat gesprekken vaak ‘ontaarden in een alleen voor ingewijden te volgen strijd’ en evidencebased werken niet zelden leidt tot het hardnekkig vasthouden aan met de zorgverzekeraar ‘afgesproken zorgpaden’. Maar ook over de jeugdzorg, de ouderenzorg, eerstelijnszorg en ziekenhuiszorg worden kritische noten gekraakt. In een behartigenswaardige epiloog staat hoogleraar logistiek van de zorg Frits van Merode stil bij wat de coronacrisis leert over de organisatie van ziekenhuizen. Er is volgens hem geen zicht op primaire processen, waardoor bijsturen in realtime onmogelijk is. Dat moet anders en kan beter; hij geeft handvatten.
Het voorwoord bij dit boek is van Jet Bussemaker, onder meer oud-staatssecretaris van VWS en nu voorzitter van de Raad voor Volksgezondheid en Samenleving. Zij kwam ook zelf met een boek: Ministerie van Verbeelding, waarin ze terugkijkt op een verblijf van twintig jaar in politiek Den Haag. Ze schreef die memoires om (ervarings)lessen te trekken. Dat levert deels de bekende diagnoses op: er is een chronische kloof tussen idealen, wetgeving en uitvoering van beleid en de politiek is verworden tot technocratisch besturen. Geïnspireerd door het werk van de Amerikaanse denker Martha Nussbaum wil Bussemaker meer verbeelding in politiek en bestuur, en wil zo dat de verzorgingsstaat weer een kloppend hart krijgt. Maar ze laat het niet bij een potje vrijblijvend filosoferen. Ze komt ook met min of meer concrete aanbevelingen. Die zijn niet allemaal nieuw: ziekenhuizen zouden bijvoorbeeld niet alleen beloond moeten worden voor wat ze doen voor hun eigen patiënten, maar evenzeer voor wat ze samen met huisartsen en welzijn doen om zorg te voorkomen. Kortom: financier samenwerking, want ‘de zorg is te veel een verdienmodel geworden waarbij de eigen taken en de eigen instelling belangrijker zijn dan het creëren van maatschappelijke waarde’.
- Er zijn nog geen reacties