Heimelijke geluidsopname als bewijs in tuchtzaak
Plaats een reactieIn een tuchtrechtelijke procedure brengt een klagende patiënt een transcriptie in van een opname die hij heimelijk heeft gemaakt van een gesprek met zijn neurochirurg. De chirurg meent dat sprake is van onrechtmatig verkregen bewijs. Het Centraal Tuchtcollege verwijst naar een eerdere uitspraak (ECLI:NL:TGZCTG:2014:305), het heeft geoordeeld dat een onrechtmatige opname in beginsel als bewijs kan dienen. Het college voegt daaraan toe dat een patiënt goede redenen kan hebben een gesprek met een zorgverlener op te nemen, omdat dat hem in de gelegenheid stelt de inhoud van het gesprek op een later moment nog eens rustig te overdenken. Volgens het college getuigt het van fatsoen om de arts vooraf te informeren, maar als dat achterwege wordt gelaten, staat dat het gebruik van die opname als bewijsmiddel in beginsel niet in de weg. Inhoudelijk wordt de klacht afgewezen.
- Er zijn nog geen reacties