Nieuws
Siham
2 minuten leestijd
Blog

Wij doen wél mee

Plaats een reactie

De verpleegkundige belt me op: een toename van tachydyspnoe bij een patiënt opgenomen met een covid-19-pneumonitis. Ik haast me naar de betreffende kamer en stap de sluis binnen. Terwijl ik mijn persoonlijke bescherming aantrek, kijk ik door het raam om te zien hoe de patiënt er klinisch bij ligt. Ik zie een man van rond de 40 half rechtop in bed liggen, die al zijn energie gebruikt om op adem te komen. De hals- en buikspieren staan hevig aangespannen en de saturatie klimt met moeite op tot 90 procent, ondanks het zuurstofmasker op 15 L/min. Via het microfoontje probeer ik ondertussen instructies te geven aan de twee verpleegkundigen die ik druk in de weer zie om de patiënt weer stabiel te krijgen.

Ik bind de touwtjes van het blauwe schort dat ik over mijn witte jas heen heb gehesen, strak. Vervolgens plaats ik het masker voor mijn neus en mond met een extra duw op de neusbrug. Daarna volgen de blauwe handschoenen en het spathelm. Ik roep een derde verpleegkundige om buiten de kamer stand-by te staan, omdat de verpleegkundigen nu in isolatie staan en niet de kamer uit kunnen lopen – of zij moeten het beschermingsritueel opnieuw verrichten, wat te veel tijd zou kosten. Met z’n drieën werken we de ABCDE af en komen tot de conclusie dat ondanks de maximale zuurstoftherapie via het NR-masker en de ondersteunende medicatie, de tachydyspnoe toch niet onder controle lijkt te komen. 

‘Ik heb hier een 45-jarige man bekend met...’, begin ik, terwijl ik de telefoon tussen mijn oor en schouder klem zet, zodat ik ondertussen een astrup kan afnemen. Nog geen paar minuten later staat de intensivist naast me om de patiënt over te nemen naar de intensive care voor invasieve beademing. Terwijl de ic-collega’s de patiënt gereedmaken voor de overplaatsing, stap ik de kamer uit. Het hete pak gaat uit, nog steeds mijn telefoon tussen oor en schouder klem gezet. ‘Dag mevrouw...’. Ik heb de vrouw van meneer aan de lijn om het slechte nieuws te brengen. 

Aan het einde van de dienst loop ik het ziekenhuis uit en kom ik tot een belangrijk besef. Ik denk aan alle medisch specialisten, huisartsen, arts-assistenten en verpleegkundigen. De laboratoriummedewerkers en laboranten. De voedingsassistenten en ziekenhuisschoonmakers. Ik denk aan al het zorgpersoneel dat zich nu al een halfjaar lang elk uur van de dag tot het maximale inspant om de strijd aan te gaan tegen de covid-19-pandemie. Het team waar ik trots deel van uit mag maken. Wij doen wél mee. Wij doen mee voor jou en jouw dierbaren. In de vroege en late uren van de dag. Ooit zworen immers mijn collega’s en ik ‘... dat ik de geneeskunst zo goed als ik kan zal uitoefenen ten dienste van mijn medemens’ en dat ‘ik zal zorgen voor zieken, gezondheid bevorderen en lijden verlichten’.

lees meer van siham

Op dit artikel reageren inloggen
Reacties
  • Er zijn nog geen reacties
 

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.