Vergoeding voor zorgmedewerker met long covid krijgt mogelijk vervolg

De Tweede Kamer wil dat zorgmedewerkers die long covid hebben opgelopen minstens 24 duizend euro aan vergoeding krijgen, in plaats van de 15 duizend euro die het kabinet via een regeling beschikbaar stelde. Daarvoor is een motie aangenomen. Het ministerie van VWS kijkt of de regeling nog een keer opengesteld kan worden, aangezien er relatief weinig gebruik van is gemaakt.

Zorgmedewerkers konden afgelopen najaar een eenmalige vergoeding aanvragen als zij in de eerste coronagolf van 2020 werden besmet tijdens hun werk en vervolgens door longcovidklachten langdurig arbeidsongeschikt raakten. Het kabinet stelde daar 15.000 euro per zorgmedewerker voor beschikbaar.

Hoger aantal

Ruim 800 mensen meldden zich voor de regeling aan, laat een woordvoerder van het ministerie van VWS weten. Van die 800 aanvragen werden er ruim 340 afgewezen omdat ze van mensen kwamen die niet aan de criteria voldeden, en zijn er 40 nog niet afgewikkeld. Het ministerie had ‘aan de hand van inschattingen op een hoger aantal mensen gerekend dat aan de criteria zou voldoen’, aldus de woordvoerder. Daarom wordt nu onderzocht of de regeling nogmaals opgesteld kan worden. ‘Op deze manier willen we iedereen bereiken die recht heeft op de financiële regeling.’

Bedrag

Bij de VWS-begrotingsbehandeling in de Tweede Kamer diende de SP-fractie een motie in om het bedrag van de regeling te verhogen naar ‘minimaal 24.010 euro per persoon’, en zo gelijk te trekken met andere financiële regelingen voor beroepsziekten. De motie is deze dinsdag met een Kamermeerderheid van 82 stemmen aangenomen, nadat de SP hiervoor steun kreeg van PVV, BBB, GroenLinks-PvdA, Denk, Volt en de PvdD.

Demissionair VWS-minister Conny Helder toonde zich tijdens het VWS-begrotingsdebat overigens niet welwillend; zij ontraadde de motie, dus het is afwachten of ze gehoor zal geven aan deze wens van een Kamermeerderheid. De VWS-woordvoerder wijst erop dat er nu eerst ‘gekeken moet worden wat dit betekent voor iedereen die met de regeling te maken heeft’, aangezien er geen geld voor zo’n verhoging op de begroting voor 2024 is gereserveerd.