Nieuws
curriculum

Spoedeisende hulp bieden: verplicht of niet?

Plaats een reactie

Je bent als derdejaars geneeskundestudent op weg naar je werkgroep. Wachtend op de bus zie je een man naar zijn borst grijpen en neervallen. Wat nu? De lessen spoedeisende hulp schieten door je hoofd en je denkt: nu zou ik iets moeten doen, want ik studeer geneeskunde.

Elke Nederlandse burger heeft volgens onze wet een hulpplicht. Dit houdt in dat het strafbaar is om iemand die in levensgevaar verkeert niet te helpen. Hierop bestaan natuurlijk uitzonderingen, want men gaat er niet van uit dat je je eigen leven of dat van andere omstanders riskeert voor de persoon in nood. ‘Hulp’ is een breed begrip; niet elke burger zal bijvoorbeeld in staat zijn om hartmassage toe te passen. De minimale hulp die je een medeburger moet leveren, is hulp inroepen, bijvoorbeeld door 112 te bellen.

Arts in vrije tijd
En een arts? Een algemeen probleem is dat veel artsen niet vaak in aanraking komen met spoedeisende hulpverlening en zichzelf hierin niet voldoende bekwaam achten. Toch wordt van een arts meer verwacht. Verkeert iemand in acuut levensgevaar, dan dien je als arts voor zover mogelijk eerste hulp te bieden. Het maakt niet uit hoeveel ervaring je hebt met hulpverlening. Een trauma-arts zal hoogstwaarschijnlijk vaardiger zijn in deze situatie dan een schouwarts. Maar beiden dienen mensen in nood zo goed mogelijk te helpen. Wordt er dus een beroep op je gedaan in je vrije tijd, dan ben je verplicht hierop in te gaan, hetzij door de hulp zelf te verlenen, hetzij door ervoor te zorgen dat iemand anders, zoals een andere arts, die hulp biedt. In dat laatste geval is het belangrijk om in de gaten te houden of die andere persoon daadwerkelijk voldoende hulp biedt en snel genoeg ter plaatse is. Aangezien het verzoek tot hulp aan jou was gericht, ben jij namelijk verantwoordelijk.

Hulpplicht verzaakt
Als burger kun je worden veroordeeld op basis van twee artikelen uit het Wetboek van Strafrecht (zie kader Wetten). Als je iemand voor wie je verantwoordelijk bent opzettelijk in een hulpeloze toestand brengt of laat, kun je tot twee jaar celstraf krijgen of een geldboete. Ben je ervan getuige dat iemand in levensgevaar verkeert, help je niet en gaat deze persoon vervolgens dood, dan kun je worden veroordeeld tot drie maanden celstraf of een geldboete.
Als arts kun je ook nog worden beoordeeld op basis van de Wet BIG (Beroepen Individuele Gezondheidszorg). Dit gebeurt via de tuchtrechter, die beoordeelt of je als arts hebt gehandeld zoals mag worden verwacht van een gemiddeld bekwame arts. De maatregelen die de tuchtrechter kan treffen, variëren van een waarschuwing tot doorhaling van de inschrijving als arts in het register. Zo’n procedure overkwam een arts die doorreed na ooggetuige te zijn geweest van een ongeluk (zie kader Tuchtrechtuitspraken).

En de geneeskundestudent?
Bijna 80 procent van de respondenten van de jaarlijkse enquête van het Studentenplatform meende dat zij een hulpplicht hebben in noodsituaties (zie kader KNMG-enquête). Als geneeskundestudent ben je net als elke andere burger verplicht om hulp te bieden. Omdat je studeert, heb je nog niet de verantwoordelijkheden en verplichtingen van een arts. Het is echter goed om je te realiseren dat je vanaf de dag dat je écht arts bent, wel deze verplichtingen hebt. Daarnaast heb je als geneeskundestudent misschien minder kennis en ervaring in een noodsituatie dan een arts, maar hoogstwaarschijnlijk wel veel meer dan de andere omstanders van de situatie waarvan jij getuige bent. Ook weet je als geneeskundestudent juist goed waar je kennis en vaardigheden nog tekortschieten. Vanuit dit perspectief weet je goed wat jouw grenzen zijn; in een noodsituatie is het voor slachtoffers en omstanders vaak prettig als je dit uitspreekt. Voor hen is het (vaak) de eerste keer dat ze in zo’n situatie belanden. Voor jou is het de eerste échte keer, maar je hebt er wel al meerdere keren over nagedacht, bijvoorbeeld tijdens college of in een rollenspel. Door de leiding te nemen en aan te geven wat jouw grenzen zijn (qua kennis en vaardigheden), breng je rust in de situatie en kun je zorgen dat het slachtoffer zo snel mogelijk de juiste zorg krijgt.

Kortom, aan een arts worden meer eisen gesteld dan aan een ‘gewone’ burger. Als student kun je maar beter voorbereid zijn. Gezien dit appel op (bijna-)artsen pleit het Studentenplatform voor een halfjaarlijkse vaardigheidstraining in (ten minste) reanimeren. 

Meer informatie: studentenplatform@fed.knmg.nl



Tuchtrechtuitspraken
19 juni 2007 (06118), Regionaal Tuchtcollege Amsterdam:
Arts rijdt door na ongeluk (Medisch Contact 42/2007: 1737)

28 juni 2007 (2006/266), Centraal Tuchtcollege:
Geen dienst, wel hulpplicht (Medisch Contact 38/2007: 1560)



Wat te doen in een noodsituatie zonder arts in de buurt?
• Blijf kalm.
• Creëer een zo veilig mogelijke situatie.
• Beoordeel het slachtoffer – wat is er aan de hand?
• Bewaak je grenzen – ga niet verder dan je vaardig bent.
• Laat iemand 112 bellen en hem/haar jouw beoordeling van de situatie doorgeven.
• Probeer waar noodzakelijk en mogelijk hulp te verlenen (beademen, hartmassage).


PDF van dit artikel

beeld: iStockphoto
beeld: iStockphoto
curriculum
Op dit artikel reageren inloggen
Reacties
  • Er zijn nog geen reacties
 

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.