Blogs
Niels
2 minuten leestijd
Blog

Moet een student óók al het goede voorbeeld geven?

Plaats een reactie

In het licht van de steeds groter wordende urgentie rondom het aanpakken van gedrags- en leefstijlgerelateerde aandoeningen als obesitas, diabetes mellitus type II en COPD door middel van preventie en leefstijlinterventie, vind ik het interessant om na te denken over de voorbeeldrol die de arts daarin heeft (als die er al is). Zelfs nog interessanter vind ik de vraag of deze voorbeeldrol ook al betrekking zou moeten hebben op de geneeskundestudent.

In een artikel uit 2018 in H&W stellen de auteurs de vraag of, en in hoeverre, (huis)artsen op het gebied van leefstijl áltijd het goede voorbeeld moeten geven. Het is maar zeer de vraag of dit ook opgaat voor een glaasje wijn bij het eten of het halen van dertig minuten beweging per dag. Aan de andere kant lijkt het me evident dat je onmogelijk in je pauze een sigaret op kunt steken, waarna je tijdens het volgende consult de patiënt eens haarfijn uitlegt waarom een gecombineerde leefstijlinterventie toch echt de juiste volgende stap is.

Als geneeskundestudent krijg je zowel tijdens je bachelor – zij het in mindere mate – als in de masterfase ook al volop te maken met patiëntcontact en kom je niet onder gesprekken over dit soort onderwerpen uit. Volgt daaruit dat de hierboven beschreven norm dan al veel eerder van toepassing zou moeten zijn?

Aan de ene kant zijn het de geneeskundestudenten bij uitstek die al in een vroeg stadium van hun studententijd zouden moeten weten wat (overmatig) alcohol-, nicotine- en drugsgebruik met je lichaam doet, en zou het niet meer dan logisch zijn om je daar – ook in je studententijd – naar te gedragen. Ofwel: practice what you preach.

Aan de andere kant staat het – voor veel mensen toch zwaarwegende – argument dat eigen leefstijl een eigen verantwoordelijkheid is, en dat dit óók geldt voor (toekomstig) medisch professionals. Daar komt bij dat regels en normen als beschreven in de KNMG-richtlijn ‘Gedragsregels voor artsen’ (2013) en de Wet BIG en de bijbehorende tuchtnorm (1993) strikt genomen (nog) helemaal niet van toepassing zijn op ons, studenten.

Kijkend naar mijn eigen studentenleven, zou ik niet zeggen dat de professionele normen en de voorbeeldrol die daarbij komt kijken altijd werden aangehouden. Dat lijkt mij niet het einde van de wereld, al moet ik dan ook denken aan mijn vader, die zichzelf – na het horen van een van de verhalen over studeren – nog weleens lachend, en gelukkig met een flinke korrel zout, afvraagt of ‘dit dan de arts van de toekomst zou zijn’.

Daarom wil ik ter afsluiting toch de volgende kanttekening maken: het kan wellicht geen kwaad om voor jezelf al in een vroeg(er) stadium van de geneeskundestudie een soort ‘medisch-professioneel bewustzijn’ te creëren, of in ieder geval na te denken over jouw antwoord op de vraag die ik in de eerste alinea stel. Op die manier haal je het maximale uit je studententijd, én bereid je jezelf tegelijkertijd al voor op de tijd dat je (professionele) leven zich voornamelijk zal afspelen binnen de vier witte muren.

Meer van Niels

Op dit artikel reageren inloggen
Reacties
  • Er zijn nog geen reacties
 

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.