Blogs
Blog

Dus u bent, zeg maar, ‘arts’?

13 reacties

Nergens maakt de letter s zoveel uit als in het hoofd van een coassistent die zijn supervisor moet mailen. Stap een willekeurig co-hok binnen en u zult licht paniekerig horen weergalmen: ‘Jongens, is Van Doorn nou dee-er of dee-er-es?’ O wee als je de verkeerde titel gebruikt, straks raken de dames en heren doktoren nog op hun teentjes getrapt. Om nog maar te zwijgen over de academie: daar dwalen de prof. dr.’s wiens toorn, zo zegt men, gewekt kan worden als men hen misbetitelt – nooit, nooit kunt u nog een positieve beoordeling verwachten, laat staan een baan!

Los van deze rituele titelverering verbaas ik me al jaren over het archaïsche gebruik van de titel ‘doctorandus’. Niemand in Nederland gebruikt die nog, behalve mensen met een gigantisch minderwaardigheidscomplex en artsen (en drs. P, maar die is 1. ironisch en 2. dood).

In een ver verleden werkte ik in een café waar avond aan avond een tandarts ruiterlijk van alcoholische versnaperingen zat te genieten. Als hij geen dienst had, deed hij dat in een bruin leren jack, en als hij wel dienst had in zijn besmeurde vaalgroene tandartsenhemd. Aangezien deze man minstens de helft van de omzet verzorgde, sprak de kroegbaas hem altijd eerbiedig aan met ‘de Dokter’ (als in: ‘kan ik de Dokter nog een dubbele sambuca inschenken?’). De Dokter zei dan in opperste bescheidenheid: ‘Weet je, eigenlijk ben ik geen doctor. Ik ben doctor-ándus.’ Mijn baas, die de middelbare school halverwege vaarwel had gezegd omdat zijn interesse in differentiaalvergelijkingen en Duitse naamvallen ondergeschikt bleek aan zijn passie voor mild fraudulente handel, knikte dan vol ontzag.

Op een dag besloot ik de Dokter te confronteren: ‘Zeg, doctorandus betekent toch gewoon dat je een universitaire studie hebt afgerond? Zo uitzonderlijk is dat toch niet?’ De Dokter hield zijn gezicht in de plooi, dempte zijn stem en zei samenzweerderig: ‘Doctorandus betekent: hij die nog doctor moet worden. Dus het is een soort tussenterm. Je bent op weg naar doctor.’ Op dromerige momenten vraag ik me nog steeds weleens af of het hem al gelukt is.

Zonder gein, de afkorting ‘drs.’ komt artsen natuurlijk gewoon goed uit omdat hij aan ‘dokter’ doet denken. Zo zie je in één oogopslag wat iemands functie is. Maar het slaat eigenlijk nergens op. Je hoort nooit hardop: ‘Doctorandus Van Doorn, uw patiënt zit klaar in de wachtkamer.’ Als ik een e-mail begin met ‘Beste drs. Van Doorn’ (of dr., wat was het nou?!), dan bedoel ik eigenlijk ‘Beste dokter Van Doorn’. Dat veroorzaakt bij mij dezelfde cognitieve dissonantie als wanneer ik tomaten afweeg bij de supermarkt en voor de juiste prijssticker op de categorie ‘groente’ moet drukken, terwijl het potjandriedubbeltjes eigenlijk fruit is. Idealiter zou er een aparte titel voor afgestudeerde artsen zijn, zoals ‘ingenieur’ voor technici, maar goed, de medische wereld heeft wellicht urgentere problemen aan haar hoofd.

Ondertussen span ik zelf de kroon qua rare titels: ‘semiarts’, het vagevuur van de geneeskunde. Elke keer dat ik die term gebruik, denk ik terug aan een gewiekste tachtig-plusser op de longafdeling. Nadat ik me had voorgesteld als semiarts, kneep hij zijn ogen tot spleetjes en antwoordde wantrouwig: ‘Ja ja… dus u bent, zeg maar, “arts”?’

ook van Linda Jolink

  • Linda

    Linda is zesdejaars geneeskundestudent, afgestudeerd neurowetenschapper en satirisch tekenaar.  

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.