Laatste nieuws
Ris Dirksen
2 minuten leestijd
orthopedie

Indicator donorbloed niet eenduidig

Plaats een reactie

Thomassen e.a. beschrijven de effectiviteit van bloedmanagement in de orthopedie, en bevestigen dat dat gunstig is voor kwaliteit en veiligheid van de zorg (MC 2011/17: 1062). Helaas geven ze een slecht rekenvoorbeeld. Hierdoor zijn hun conclusies incoherent.

Ze stellen terecht dat met een goede gestandaardiseerde totaalaanpak ongeveer 85 procent van de perioperatieve homologe bloedtransfusies bij grotere orthopedische ingrepen vermijdbaar is.1 De werkgroep ‘indicatorenset heup- en knievervanging’ heeft de procesindicator transfusie van homoloog bloed neergezet in het kwaliteitsdomein effectiviteit en veiligheid. Mede hierdoor wordt protocollair bloedmanagement toegepast door meer dan 60 procent van de Nederlandse orthopeden in 2007 tegen 10 procent in 2002.2

In hun rekenvoorbeeld hanteren de auteurs Sanquins verkoopprijs (204 euro voor leucocyten gefiltreerde erythrocytenconcentraat). Maar de proceskosten van een bloedtransfusie in een ziekenhuis zijn het drie- tot vijfvoudige van de aanschafprijs.3 4 Door verdubbeling van wondgenezingsstoornissen na een homologe transfusie neemt de opnameduur met drie tot vier dagen toe, met een gemiddelde prijs voor een ziekenhuis als het Centrum Haaglanden van 885 euro per ligdag (Plexus 2006). Het kostenpakket van homologe transfusies voor 249 patiënten is daardoor ruim meer dan 1 miljoen euro.

Of het beter is dat kosten van perioperatieve maatregelen deel uitmaken van de DBC-prijs, doet niet af aan de inhoudelijke bijdrage van bloedmanagement aan kwaliteit van zorg of validiteit van de indicator. De extramurale financiering ontneemt een ziekenhuis een dubieuze budgettaire overweging om af te zien van deze kwaliteits- en veiligheidsverbeterende maatregel, die – naast een enorme kostenbesparing in de
zorg – ook het aantal vermijdbare doden kan verminderen.5 6 Het
is daarom zinvol deze prestatie-indicatoren te gebruiken voor alle majeure ingrepen, en niet alleen bij de orthopedie.

Breda, mei 2011

dr. Rob Slappendel, anesthesioloog en manager Kwaliteit en Veiligheid, Amphia Ziekenhuis Breda/Oosterhout

dr. Ris Dirksen, anesthesioloog en directeur Perioperative Medicine Consultancy, Nijmegen

  • Meer brieven

1. Slappendel R, Dirkse R, Weber EWG, van der Schaaf DB. An algorithm to reduce allogenic red blood cell transfusions for major orthopedic surgery. Acta Orthop Scand 2003; 74 (5): 569-75.

2. Horstmann WG, Ettema HB, Verheyen CC. Dutch orthopedic blood management surveys 2002 and 2007: an increasing use of blood-saving measures. Arch Orthop Trauma Surg. 2009; 130, (1): 55-9.

3. Shander A, Hofmann A, Ozawa S, Theusinger OM, Gombotz H, Spahn DR. Activity-based costs of blood transfusions in surgical patients at four hospitals. Transfusion. 2010; 50: 753-65.

4. Glenngård AH, Persson U, Söderman C. Costs associated with blood transfusions in Sweden. The societal cost of autologous, allogeneic and perioperative RBC Transfusion. Transfusion Medicine, 2005; 15,: 295-306.

5. Weber EW, Slappendel R, Prins MH, van der Schaaf DB, Durieux ME, Strumper D. Perioperative blood transfusions and delayed wound healing after hip replacement surgery: effects on duration of hospitalization. Anesth Analg. 2005; 100 (5): 1416-21.

6. Slappendel R, Dirksen R. Grotere sterftekans bij preoperatieve anemie. Effectieve behandeling voorkomt ‘vermijdbare’ doden. Medisch Contact 2011; 7: 392-3.

orthopedie
Op dit artikel reageren inloggen
Reacties
  • Er zijn nog geen reacties
 

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.