Laatste nieuws
2 minuten leestijd
Wetenschap

Behandeling van moeilijke patiënten

Plaats een reactie

Elke huisarts kent ze: patiënten die om de haverklap op het spreekuur verschijnen en die ondanks hun vele klachten niet ziek zijn. Voor veel huisartsen zijn deze patiënten een bron van ergernis. Uit een onderzoek van Annette Blankenstein blijkt dat huisartsen driekwart van de somatiseerders als ‘moeilijk’ beschouwen, met name die patiënten die ze niet aardig vinden. Toch zijn er goede manieren om met deze patiënten om te gaan, zo blijkt uit het proefschrift waarop Blankenstein op 17 oktober aan de Vrije Universiteit promoveert.


Ze onderzocht de behandeling van somatiserende patiënten met behulp van reattributie. Bij deze cognitief-gedragsmatige aanpak stimuleert de arts de patiënt om diens klachten toe te schrijven aan andere oorzaken dan lichamelijke ziekte. In gemiddeld drie consulten van 10 tot 30 minuten leert de patiënt een verband te leggen tussen de klachten en zijn eigen leefsituatie.


Blankenstein onderzocht de effecten van de reattributiebehandeling bij 51 patiënten uit 8 huisartsenpraktijken. Na twee jaar bleken deze patiënten in vergelijking met een controlegroep een betere gezondheid te rapporteren en halveerde het aantal huisartsenbezoeken. Daarnaast nam ook het ziekteverzuim bij de somatiseerders sterk af, hoewel het medicijngebruik ongewijzigd bleef.


De promovenda bekeek ook welke factoren het beloop van somatisatie beïnvloeden. Uit een onderzoek onder 376 somatiserende patiënten bleek alleen de mate van sociale steun van belang. Blankenstein concludeert dat huisartsen hun hulp het best kunnen richten op patiënten die hun gezondheid als slecht ervaren, een hoog medicijngebruik hebben en weinig sociale steun ervaren. << RC


Drukgolf helpt bij angina pectoris

Een niet-chirurgische behandelmethode voor angina pectoris vermindert de klachten van patiënten die niet reageren op medicatie en niet in aanmerking komen voor een bypassoperatie. Conditie, bloedtoevoer naar het hart en hartfunctie verbeteren significant na de behandeling, die enhanced external counterpulsation (EECP) heet. Dit resultaat is gepubliceerd in The American Journal of Cardiology.


Tijdens EECP liggen patiënten op bed en hebben opblaasbare manchetten om hun kuiten, dijen en het bovenste deel van de dijen. In de rustfase van het hart worden de manchetten in minder dan een seconde na elkaar opgeblazen. Voordat het hart weer gaat pompen lopen de manchetten leeg. Doordat de manchetten vlak na elkaar worden opgeblazen, ontstaat een drukgolf die het bloed vanuit de benen naar het hart stuwt. De behandeling duurt een uur per dag en wordt zeven weken lang vijf keer per week uitgevoerd.


De onderzoekers hebben een vergelijking gemaakt tussen 433 patiënten die in aanmerking kwamen voor chirurgische revascularisatie en 1.145 patiënten die hiervoor ongeschikt waren bevonden.


De effectiviteit is bepaald vlak na EECP en een jaar erna. Vlak na de behandeling was bij 75 procent van de patiënten in beide groepen de zwaarte van de angina verlaagd met één klasse. Eén jaar na de therapie had meer dan 80 procent van beide groepen nog steeds dezelfde of een lagere klasse angina. Wel bleek dat bij de groep die niet in aanmerking komt voor revascularisatie, vaker een hartaanval, onstabiele angina en hartfalen voorkomt. << TvV


Wetenschap
Op dit artikel reageren inloggen
Reacties
  • Er zijn nog geen reacties
 

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.