Laatste nieuws
Joost Visser
2 minuten leestijd
Hoofdredactioneel

Niet 'de' maar 'een'

Plaats een reactie

Amper waren we begonnen met deze special over ‘kleur’ in de gezondheidszorg, of ik stuitte op een vermakelijk stukje in Trouw. Onder de kop ‘Allemaal anders’ schreef huisarts Roelof Metz: ‘Niet alle moslims maken reizen van dagen op een ezeltje, om bij die ene hodja uit te komen die hen kan genezen met behulp van water waarboven een korantekst is verbrand. Net zomin als alle Nederlanders voor genezing met klompen aan op hun fiets door de bloembollenvelden naar Jomanda rijden.’ De simpele boodschap: iedere allochtone patiënt is anders, net als iedere autochtoon.



Dat was even schrikken. Hadden wij de lezers ten onrechte opgeroepen te schrijven over ‘Ik  en de ander’?  Was de vraag die ons bezighield - moeten ‘wij’ ons aanpassen aan ‘hen’, of ‘zij’ aan ‘ons’ - gebaseerd op een akelig misverstand? Hadden we een non issue als onderwerp gekozen?


De artikelen in deze special, waarin overigens ook Metz uitlegt wat hij bedoelt en hoe hij dat in praktijk brengt, laten zien dat die angst niet terecht is.



Er zijn minstens twee redenen waarom ‘allochtoon-zijn’ er wel degelijk toe doet, ook in de spreekkamer. De klachten van allochtonen kunnen verband houden met een ziekte die in hun kring beduidend vaker voorkomt dan onder autochtonen en waarop de Nederlandse arts dus misschien niet direct bedacht is. Diabetes onder Hindoestanen is een goed voorbeeld. Of anders wel het syndroom van Behçet - u kent het? - dat onder Nederlanders hoogstens bij één op de honderdduizend mensen voorkomt, onder Marokkanen bij één op de duizend.  



Ten tweede: allochtonen kunnen hun ziekte of klacht anders ervaren dan Nederlanders. Schrikken die laatsten, bijvoorbeeld niet meer van koorts, de gemiddelde Marokkaan ziet dat als teken van een gevaarlijke infectie. En ook een begrip als ‘chronische ziekte’ roept bij hem andere (of: geen) associaties op dan bij autochtonen.



Natuurlijk, ‘de’ Antilliaan, Surinamer en Marokkaan, laat staan ‘de’ islamiet en allochtoon, bestaan net zo min als ‘de’ Nederlander. Maar wie als arts beseft dat de patiënt ‘een’ Antilliaan, Surinamer, Marokkaan, islamiet of allochtoon is, kan nét even op een ander spoor gaan zitten bij het stellen van de diagnose dan bij een Nederlandse patiënt. En de patiënt nét even anders uitleggen wat er aan de hand is en wat er dus moet gebeuren. Met een betere medische zorg als mogelijk resultaat.



Joost Visser

Op dit artikel reageren inloggen
Reacties
  • Er zijn nog geen reacties
 

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.