Federatienieuws
Karine van 't Land
3 minuten leestijd
voorzitterscolumn

Professionele autonomie: privileges én verantwoordelijkheid!

Plaats een reactie

Wie leidt professionals? Medisch socioloog Eliot Freidson betoogde in 2001 dat professioneel werk ‘een derde logica’ volgt [1]. Producenten worden geleid door de consument volgens de logica van de markt, werknemers door een manager volgens de logica van de bureaucratie. En professionals, die leiden zichzelf. Met hun eigen logica.

Karine van ’t Land, voorzitter KAMG
Karine van ’t Land, voorzitter KAMG

Volgens Freidson beschikken ideaaltypische professionals over gespecialiseerde kennis voor maatschappelijk belangrijk werk. Ze organiseren, beoordelen, controleren en corrigeren hun werk zelf. Het is bij wet geregeld dat consumenten of managers niemand anders mogen inhuren voor dit werk. Verder definiëren professionals zelf de opleiding die toegang biedt tot hun professie. Professionals hebben, kortom, een stevige machtspositie met duidelijke privileges. De maatschappij vertrouwt erop dat zij zozeer gedreven zijn om het goede te doen, dat zij geen misbruik maken van hun macht.

Klinkt dat bekend? Als artsen zijn we misschien wel de meest geslaagde professionals – niet voor niets was Freidson medisch socioloog. Op de recente heidag van de KAMG hebben we ons laten inspireren door het begrip professionaliteit, met als keynotesprekers prof. Roel Bennink in zijn rol van voorzitter RGS, en dr. Thomas Plochg, directeur van Federatie voor Gezondheid.

Privileges komen met uitdagingen, waarmee we als koepel voortdurend te maken hebben. Er moet werk verzet worden om professionaliteit goed in te vullen. Er zijn richtlijnen te schrijven, accreditaties te vergeven, een opleidingsplan op te stellen en bij te houden, opleidingsinstellingen te visiteren, intervisiegroepen te reguleren… Dat werk voelt soms bureaucratisch aan, en het komt nog naast die drukke professionele baan. Net als de andere wetenschappelijke verenigingen en koepels in de geneeskunde worstelen we soms met het invullen van alle vacatures. Maar zoals Roel Bennink benadrukte: professionele autonomie en medisch leiderschap vinden hier hun basis.

De spanningen die professionaliteit met zich meebrengt zijn ons als koepel voor (profiel)artsen Maatschappij + Gezond­heid eveneens niet onbekend. Met de opkomst van neoliberaal New Public Management in de jaren ‘80 en ‘90 van de vorige eeuw, kwam een nieuw ideaaltype van professioneel werk op. Het werk van professionals binnen organisaties moest passen in de spreadsheets met input en output. Managers gingen aan de slag met instrumenten als de PDCA-cyclus om meer efficiency te bereiken. Transparantie werd de norm. Professionele autonomie in de beslotenheid van de spreekkamer kreeg steeds minder ruimte.

Hoe verder? Bestuurskundige prof. Mirko Noordegraaf analyseerde transities van professionaliteit [2]. Hij pleit voor organiserende professionaliteit, waarbij de professional de eigen autonomie inzet juist in verbinding met de buitenwereld. Professionals hebben expertise op casusniveau én ze werken in netwerken, over de grenzen van hun eigen domein heen. De autonomie in de spreekkamer wordt beschermd, én de professional werkt intensief samen met anderen, met gevoel voor budgettaire grenzen. Voor (profiel)artsen Maatschappij + Gezondheid is deze manier van werken al goed ingebed in de opleiding.

Ook als koepel van wetenschappelijke verenigingen zetten we ons in om onze professionele autonomie te borgen, én om ons te verbinden met de samenleving, met werkgevers, met andere organisaties. In de samenwerking komt onze professionele meerwaarde tot zijn recht. Professionaliteit blijft de basis om effectief bij te dragen aan een gezonder Nederland. Wellicht denkt u daar even aan als een vacature voor het professionele kwaliteitssysteem langskomt? Want alleen met de inzet van veel collega’s lukt het om onze professionele autonomie overeind te houden. Die verantwoordelijkheid nemen we samen.

voetnoten:

1 Freidson, E. (2001). Professionalism: The Third Logic. Cambridge, UK: Polity.

2 Noordegraaf, M., Bos, A., Schiffelers, M.J., Doosje, I. De ergernis van zorgprofessionals te lijf. Medisch Contact (2017) 18-20; Noordegraaf, M. & Siderius, K. Perspectieven op publieke professionaliteit. Management en Organisatie, 2016(2), 4–19.

Federatienieuws
Op dit artikel reageren inloggen
Reacties
  • Er zijn nog geen reacties
 

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.