Hoogste college negeert relevante richtlijnen (2) - naschrift

Toestemming voor een geneeskundige behandeling, waaronder euthanasie, veronderstelt dat de patiënt ‘tot een redelijke waardering van zijn belangen ter zake’ in staat is. De aangeklaagde psychiater had volgens het regionaal tuchtcollege ten onrechte niet de wilsbekwaamheid van de patiënt ter zake van zijn euthanasiewens, maar de euthanasiewens zelf beoordeeld, een beoordeling die meer op de weg van de SCEN-arts ligt. Naast andere gebreken, levert dat een berisping op. Blok vreest misstanden als artsen een wilsbekaamheidsoordeel bij een euthanasieverzoek zodanig ‘beperkt’ uitleggen. Daarvoor geeft hij geen argumenten, net zo min als het Centraal Tuchtcollege motiveert waarom het miskennen van richtlijnen en andere, mede door de KNMG opgestelde, richtsnoeren tuchtrechtelijk door de beugel kan.

Hans van Santen en Aart Hendriks

Lees de brief van Willem Blok